Preek over Filippenzen 2:5-8

2012-12-25 v.m.

Ds. A. van der Dussen

 

Liturgie:

♪ Midden in de winternacht
♪ Gezang 144: 1, 4, 7
Jesaja 9: 5, 6
♪ Vrolijk kerstfeest iedereen
Lucas 2: 1-14
♪ Eer aan God
Johannes 1: 14
♪ Jezus is geboren
Filippenzen 2: 1-11
♪ Gezang 122

♪ Gezang 139
♪ Gezang 134

Prinsjes en prinsesjes

Wat zal dat een lief gezicht zijn geweest: het kindje Jezus in de kribbe. Baby’tjes zijn altijd lief. Zo klein, en zo weerloos. Dat zal bij het kindeke Jezus wel niet anders zijn geweest. Maar hebben jullie weleens gezien hoe een kindje van nog maar een jaar al boos kan zijn? Zo’n klein ventje in een kinderstoel, dat moet eten wat ie niet lust, en dan boos wordt, en alles uitspuugt, en dat, als z’n vader of moeder dan toch de lepel in zijn mondje steekt, heel hard gaat krijsen? Wat denken jullie – zou de Here Jezus dat ook gedaan hebben? En hebben jullie wel eens een kleuter van een jaar of drie in de supermarkt gezien? Zo’n knulletje wil wat lekkers hebben, blijft staan bij het schap met snoep en chocola, en dan trekken z’n vader en moeder ‘m mee. En dat zet ie het op een schreeuwen, en gaat heel hard stampvoeten. En dan worden z’n vader en moeder ook boos en gaan misschien ook wel schreeuwen… Wat denk je: zou de Here Jezus ook zo’n kleuter geweest zijn?
Weet je: eigenlijk willen alle kleine kinderen wel een prinsje of prinsesje zijn. Gisteren zag ik prinses Amalia op de televisie. Die zei dat ze in de Kerstvakantie ging paardrijden. Paardrijden! De hele Kerstvakantie paardrijden in een warm land! Dat zouden alle kinderen wel willen. En soms maken de ouders van hun kinderen prinsjes en prinsesjes.

“Ik wil paardrijden!”
Nou, dan gaat we dat toch regelen?

“Ik wil een nieuwe spelcomputer voor m’n verjaardag!”
Nou, dan kopen we die toch?

En dan mag je toch heel erg boos worden als dat paard of die spelcomputer er niet komt? Want je bent toch een prinsje of prinsesje? Nee natuurlijk. Maar Jezus wél. Hij was een prinsje. De grote koning David was immers zijn voorvader, Lucas 2:4.

Als God zijn

En als kinderen grote mensen worden? Dan zijn ze nog steeds zo. Nee, grote mensen willen geen prinsje of prinsesje zijn. Eerder als de koningin. Dat moet toch geweldig zijn: nooit meer ‘economy’ vliegen. maar zo’n heel groot vliegtuig voor jezelf hebben! Geen vervelende baas die komt zeggen wat je moet doen. Nee, de koningin heeft alleen maar personeel. En als het niet bevalt, dan zegt ze: “Jij hoeft morgen niet meer terug te komen!” Heerlijk, om de koningin te zijn. Hoewel – zoveel macht heeft de koningin nu ook weer niet. Premier Mark Rutte kan ze niet ontslaan. Daar gaat zij niet over. Nee, als je het echt voor het zeggen wilt hebben kun je beter als God zijn. Want God heeft werkelijk alles te zeggen. Dat zouden we diep in ons hart af en toe wel willen: als God zijn. Ons eigen koninkrijkje hebben waarin wij het voor het zeggen hebben; waarin niemand ons vertelt hoe het moet; waarin we het zelf mogen uitzoeken; waarin we ook zelf de loop van ons leven kunnen bepalen. Wat is dat aanlokkelijk. Zit in ons allemaal niet die drang: zelf ‘god’ zijn?
En Jezus? Hij wás de koning. Sterker nog: Hij was de Zoon van God. Jezus was als God, Filippenzen 2:6. Jezus kon dus zelf de koers van zijn leven uitzetten. Hij kon tegen Jozef zeggen: “Timmerman worden? Daar heb Ik geen zin in. Zoek maar een knecht.” Jezus kon met z’n vinger knippen, en dan viel Pilatus dood neer. Hij was toch de Koning? Hij was toch als God?

Slaaf

Maar nee, Jezus heeft niet zelf de koers van zijn leven bepaald. Jezus knipte niet met zijn vinger. Toen zijn ouders Hem de les lazen luisterde Hij, Lucas 2:48-51. Hij deed wat zijn Vader in de hemel zei. Toen Jezus moest sterven had Hij kunnen zeggen: “Dat nooit!” Maar dat zei Hij niet. Hij hield zijn gelijkheid aan God niet vast. Hij onderwierp zich aan God. Hij nam de gestalte aan van een slaaf. Een slaaf – dat is het tegendeel van iemand die zelf de koers van zijn leven uitzet. Jezus heeft het stuur helemaal uit handen gegeven. Toen wachtte Hem de dood van een slaaf. Ja, want alleen slaven stierven aan een kruis. Zo totaal onderwierp Hij zich aan God. Jezus was gehoorzaam, Filippenzen 2:8. Hij was het als kind, en Hij was het als volwassene. Jezus leefde niet als een heer en meester in zijn eigen koninkrijkje. Hij luisterde naar God en onderwierp zich aan God.

Twee bewegingen

Wat een tegenstelling. Wij mensen willen ons omhoog werken. Kinderen willen prinsjes en prinsesjes zijn. Grote mensen willen als God zijn. Maar Jezus, een prins van koninklijken bloede, aan God gelijk, ging de weg naar beneden. Hij koos voor de nederigste positie, die van een slaaf. Hij stierf als een slaaf. Wat is Jezus anders dan wij! God was met Jezus blij. Dat zie je aan zijn reactie op Jezus’ leven als slaaf en op Jezus’ dood als slaaf. Dáárom, omdat Jezus niet heer en meester in zijn eigen koninkrijkje was maar zich geheel en al onderwierp aan God, dáárom heeft God Hem hoog verheven, Filippenzen 2:9. God heeft Hem ‘Heer’ gemaakt, Filippenzen 2:11. God heeft Jezus de allerhoogste gemaakt, Filippenzen 2:9,10. Zo blij was God met Hem. Zou God ook zo blij zijn met al die kinderen die prinsjes en prinsesjes willen zijn?Het lijkt er niet op. Want weet je: kinderen die prinsjes en prinsesjes willen zijn, die worden onuitstaanbaar verwend en dreinerig. En mensen die als God willen zijn, dat worden kleine dictatortjes. Want een dictator dat is letterlijk iemand die gebiedt, die dicteert: “Zo wil ik het. Laat niemand de moed hebben mij tegen te spreken.” We weten dat dictators vreselijke mensen zijn. Maar al die kleine dictatortjes – zijn die in wezen niet even erg? Met zulke mensen kan God niet veel beginnen. Met Jezus wel. Die was gelukkig anders. Jezus was een mens naar Gods hart. Daarom heeft God Hem hoog verheven!

Aan God gelijk

Maar hoe zat het dan? Jezus was toch een prinsje? Jezus was toch een koning? Jezus was toch de Zoon van God? Jezus was toch aan God gelijk? Ja, maar juist daarom. Weet je, wij lijken nooit minder op God dan wanneer wij kleine dictatortjes worden. Want God is allesbehalve een dictator! God is anders. God is als de vader van de verloren zoon. Die slaat niet met de vuist op tafel als zijn zoon hem onrecht aandoet. Die vergeet zijn eigen waardigheid als hij hem bij zijn thuiskomst om de hals vliegt, Lucas 15:20. God had de wereld, vol met die grote en kleine menselijke dictators, al lang kunnen vernietigen. Maar Hij deed het niet. Af en toe geeft God een niet mis te verstaan signaal: “Zo kan het niet langer… en zo wil ik het niet langer.” Maar God verdraagt. En lijdt. Want God heeft de wereld lief. Hij is niet zó op zijn eigen welzijn uit, dat Hij lak heeft aan anderen. Hij rekent het tot zijn heerlijkheid om die anderen te redden. Daarom is Jezus, juist wanneer Hij in alle menselijkheid lijdt, het evenbeeld van zijn Vader. Dáárin is Jezus aan God gelijk, dat Hij liefheeft. Zo laat Jezus zien hoe God eigenlijk is. God is liefde, I Johannes 4:8,16. Daarom, zo heeft de kerkvader Augustinus gezegd, is God nederig. In zijn liefde zoekt God al die mensen op die in deze wereld door zonde of lijden aan lager wal zijn geraakt. God zoekt niet de huizen en paleizen van de dictators en de machthebbers op. God zoekt de huizen van de slachtoffers op. Geen plaats waar geleden wordt, of God is er. Het is als evenbeeld van Gód dat Jezus de minste is. Jezus laat ons zien hoe anders God is dan wij denken. Als wij als God willen zijn – dan zullen wij als Jezus dienen te worden. Dat is wat Augustinus erbij zei: “God is nederig. Nu wij nog.”

Nu wij nog…

Daarom: “Laat onder u die gezindheid heersen die Christus Jezus had.” (Filippenzen 2:5) Wij zijn niet geroepen om prinsen en prinsesjes te worden, of kleine dictatortjes. Wij zijn geroepen om mens te zijn zoals Jezus was. Bescheiden. Ootmoedig. Het roer uit handen geven. De liefde leren. Dán zullen wij op God gaan lijken. Laten wij daarom Hem aanbidden die God hoog verheven heeft, Jezus, die slaaf geworden is, en als een slaaf is gestorven. “Komt laten wij Hém aanbidden.” Amen.

N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.