Preek over Psalmen 119:33-40

2007-06-10 v.m.

Ds. A. van der Dussen

De jacht naar het geld

Liturgie:

♪ E136
♪ Psalm 96:1, 2, 3
I Petrus 3:8-12
♪ Gezang 473:1, 2, 3, 4, 5
♪ E32:1, 4
♪ Psalm 119:33-40 en 1 Tim.6:17-19
♪ Psalm 119:13, 14
♪ Gezang 431:5, 6, 7

Inleiding

ELB 498Psalm 96:1,2,3Gezang 473:1,2,3,4,5ELB 263:1,4Psalm 119:13,14Gezang 431:5,6,7ELB staat voor Evangelische Liedbundel

1. Dom

Laatst kreeg ik een brief van de postcodeloterij met een waarschuwing. Binnenkort zou de hoofdprijs vallen, misschien in de straat waar ik woon, en ik had nog steeds niet gereageerd op een eerdere aansporing om mee te doen. Of ik wel wist waar ik mee bezig was: straks zouden de buurtgenoten misschien feest vieren en ik op mijn neus kijken! Misschien hebt ook u zo'n brief gekregen. Ik ben wel benieuwd wat dat met u doet. Ik ging toch maar eens achter mijn oren krabben. Moest ik dan toch maar meedoen? Een mevrouw in Leusden heeft inmiddels een proces tegen de Postcodeloterij aangespannen. Zij heeft geen leven meer sinds ze verloor in de wetenschap, dat ze ook rijk had kunnen zijn: de buren met hun cabriolets en verbouwde badkamers, kijken haar dag in dag uit meelijwekkend aan...

2. Pressie

Wat ik hiermee aan de orde wil stellen is niet, hoe goed of slecht het uit christelijk oogpunt is om mee te doen aan een loterij. Het gaat me om iets anders, om iets dat dieper ligt, namelijk om de pressie die in onze maatschappij op ons wordt uitgeoefend om op jacht te gaan naar geld. Het punt is dus niet dat je rijk kunt worden door bijvoorbeeld aan een loterij mee te doen. Ons wordt aangepraat dat het dringend aan te bevelen is. Elk weldenkend mens benut alle kansen om een hoger inkomen te verwerven. Je bent dom als je die kansen laat liggen...Daarbij gaat het om veel meer dan om loterijen. Denk ook aan moeders, die er in hun hart misschien graag voorzouden kiezen om geen betaalde baan buitenshuis te nemen en er voor de kinderen te zijn, maar die de pressie voelen om mee te verdienen voor het grotere huis. Denk aan jongeren, die als ze hun hart zouden volgen een opleiding zouden kiezen voor een beroep dat niet al te best betaalt, maar de pressie voelen om voor het geld te gaan. Aan de orde is dus niet dat de studie die je dolgraag doet toevallig ook leidt tot een goedverdienende baan, of dat je helemaal gelukkig bent als werkende moeder. Ik doel op de verleiding om ter wille van het geld een keuze te maken die je anders niet zou maken. In deze preek wil ik niet alleen ertoe oproepen om die pressie te weerstaan, maar ook laten zien dat dat belangrijk is en hoe je dat kunt, hoe je weerbaar kunt zijn voor de verleiding om op jacht te gaan naar geld.

3. Afgoderij

De Bijbel is er duidelijk over: er zijn betere dingen om naar op jacht te gaan. Laat je niet gek maken. Even scherp gesteld: het is een leugen dat het dringend aan te bevelen is om rijk te worden, of rijker. Geloof het toch niet! In psalm 119 valt het woord 'leeg' (vs 37) als het om 'winstbejag' gaat. Vroeger vertaalde men met ijdel', 'hol'. Het woord werd op afgoden toegepast. Zie bv. Psalm 31:7, waar vertaald is met 'armzalige goden', en Jeremia 18:15 dat het heeft over 'nietswaardige goden', Niet toevallig zegt Paulus in Kolossenzen 3:5:

Hebzucht is afgoderij.

Want afgoderij is, dat je je van iets afhankelijk maakt, wat vervolgens zwaar tegenvalt. In die zin is de jacht naar geld afgodisch: je verwacht er wonder wat van, maar je komt bedrogen uit. Onze Heer Jezus wil ons voor die desillusie behoeden. Sprekende over de enorme aantrekkingskracht van het geld laat Hij de term 'Mammon' vallen (Matteüs 6:24). Hij wil zeggen: "Weet toch welke god je dient! Kijk toch uit dat je niet achter iets aan holt dat leeg, onbetrouwbaar, waardeloos is." En wat je ook van onze Heer kunt zeggen: niet dat Hij er zelf niet naar leefde. Kijk naar Jezus en je ziet hoe Hij zelf inderdaad inhoud aan zijn leven gaf. Hoe? Door te gaan voor het Koninkrijk van God.

4. Inhoud

Dat is wat Hij u en jullie gunt: inhoud aan je leven geven. Of, nog directer gezegd: dat je echt lééft. Zie Psalm 119:37:

Houd mijn ogen af van wat leeg is,
laat mij u wegen gaan, en leven.

Daar is het God altijd om te doen, als Hij jou uitnodigt zijn wegen te gaan: dat jij leeft! Wat die 'wegen van God betreft: in vers 36 worden ze Gods 'richtlijnen' genoemd. Dat woord 'richtlijnen' klinkt wat te zwak. Het woord wordt nog wel eens zij aan zij gebruikt met het woord 'verbond' en dan vertaald met 'bepalingen', vgl. II Koningen 17:15. We zijn dan in de sfeer van harde afspraken, waarbij de ene partij zijn wil oplegt aan de andere en zegt: "Zo en zo wil ik het hebben." Het gaat dus over God, die zijn verbond met ons mensen sluit en ons daarbij instrueert hoe wij dienen te leven. Zie voor zo'n concrete instructie I Timoteüs 6:17-19: geld heb je om "rijk te zijn aan goede daden, vrijgevig, en bereid om te delen." Wanneer je je aan die instructie houdt, krijgt het leven inhoud. Dan is geld niet meer doel, maar middel, middel om de wereld te laten zien: 'Ik sta in dienst van de Heer!"

5. Weerbaar

Onze samenleving is ver van die 'instructies' van God afgeraakt. Mensen zeggen wel eens: "Het komt door de welvaart dat mensen God los laten." Maar het omgekeerde is ook waar: als mensen God los laten, zijn ze een gemakkelijke prooi voor de Mammon. Denk toch niet dat je neutraal kunt leven. Als je de Here God loslaat ontstaat een gat dat gevuld moet worden. In het leven van veel mensen wordt dat gat gevuld door de Mammon. Daardoor valt ook een scherp licht op die pressie die ik zo-even aanduidde. De Mammon trekt aan mensen: "Doe mee, doe mee!" En dan kan het zomaar gebeuren dat ook jij, terwijl je het niet van plan was, op jacht gaat naar geld. Weerbaar worden tegen die pressie begint dan ook met het doorzien van de betovering van de Mammon, en het terugkeren naar de Heer Jezus. Laat je bevrijden van de jacht naar geld. Lach er eens om, om die suggestie als was het dom om daaraan niet mee te doen. Nee: God instrueert ons om aan het verwerven van geld niet de hoogste prioriteit te geven. Het kan veel verstandiger zijn de opleiding te kiezen die bij je past, ook al verdient het wat minder; om je zorg te geven aan de kinderen, ook al woon je dan in een kleiner huis. En sta dan voor je keuzes, ook als er in jouw buurt bakken met geld worden leeggestort.

6. Bidden

Tenslotte: psalm 119 is geen beginselverklaring, maar een gebed.

Neig mijn hart naar uw richtlijnen
En niet naar winstbejag
Houd mijn ogen af van wat leeg is,
Laat mij uw wegen gaan, en leven.

Bijzonder is dat. Hieruit spreekt het besef, dat je als mens kwetsbaar bent voor verleiding. Je kunt nog zulke goede voornemens hebben. Stand houden in de verleiding, niet zwichten voor de pressie, kan alleen als je biddend leeft. En reken er op, dat God dit gebed graag verhoort.

Amen

N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.