Preek over Matteüs 25:31-46

2006-03-26 v.m.

Ds. A. van der Dussen

De angst voorbij

Liturgie:

1. Vriendelijk voor vreemden

Op een aantal plaatsen in het Nieuwe Testament wordt de gemeente van Christus op het hart gedrukt om gastvrij te zijn.

Bekommer u om de noden van de heiligen en wees gastvrij. (Romeinen 12:13)
Houd de gastvrijheid in ere, want zo hebben sommigen zonder het te weten engelen ontvangen. (Hebreeën 13:2)
Wees gastvrij voor elkaar, zonder te klagen. (I Petrus 4:9)

Gastvrijheid is een vereiste voor opzieners. (I Timoteüs 3:2; Titus 1:8) In Matteüs 25 zegt Jezus onze Heer, dat wij alleen het Koninkrijk kunnen binnengaan als wij tegenover Hem gastvrij zijn geweest. Ik weet het: het woord 'gastvrijheid' is hier niet te vinden. Maar aangezien het Griekse woord voor 'gastvrijheid' zoveel betekent als 'vriendelijk zijn voor vreemden', mogen wij in het opnemen van vreemdelingen inderdaad een typering van gastvrijheid zien. Want een vreemdeling, dat is iemand van buiten je eigen kring, iemand met wie je niet vertrouwd bent. Het kan een nieuwe jongen zijn in je klas. Soms gaat het om mensen die er heel anders uitzien dan jij. Je kunt zulke mensen 'vreemd' vinden. Ze horen er niet bij. Ze zijn buitenstaander. Nu is 'gastvrijheid', dat je kringetje zich opent, en dat je zo'n vreemdeling binnenlaat en welkom heet.

2. Drie reacties

Gastvrijheid, vriendelijk zijn voor vreemdelingen spreekt niet vanzelf. In alle culturen is er een primaire reactie van afweer tegen vreemdelingen. Men vindt ze eng, en raar. Men vertrouwt ze niet. Men 'moet' ze niet. Er is de neiging om de eigen kring te sluiten en de ander er vastberaden buiten te houden, of zelfs uit te schakelen. Waar mensen godsdienstig zijn is echter ook een tweede reactie. Daar heerst het besef dat vreemdelingen, juist omdat ze zo vreemd zijn, de goden wel eens zouden kunnen vertegenwoordigen. Ze komen van zo verre - misschien komen ze wel van boven! Dan is het zaak de vreemdeling welkom te heten. Doe je dat niet, dan wijs je de goden af! Een derde reactie is, dat je vriendschap sluit met vreemdelingen. Er blijkt dan meer te zijn dat je met hen verbindt dan dat je van hen scheidt. Er is samenwerking mogelijk. Je kunt een bondgenootschap sluiten met vreemdelingen.

3. De Bijbel over die drie reacties

Alle drie deze reacties hebben ook in het christelijk leven hun plaats.a. Eerst de afweer, vanuit angst. In het Oude Testament wordt gewaarschuwd tegen vreemde volken, die Israël van de HEER af kunnen trekken en kunnen verleiden tot het vereren van vreemde goden. (Vgl. Jeremia 51:51v; Jesaja 17:10; zie ook 2:6) 'Vreemd' is in dit geval 'gevaarlijk'. Ze bedreigen Israël in zijn identiteit als volk van God. Dat kom je ook in het Nieuwe Testament nog tegen. Zie II Johannes 7,9,10: "Er zijn veel dwaalleraren in de wereld verschenen die de komst van Jezus Christus als mens niet belijden. ... Wie niet bij de leer van Christus blijft maar verder wil gaan, heeft God niet. ... Als er iemand bij u komt die deze leer niet uitdraagt, ontvang hem dan niet in uw huis!" Zo worden wij gewaarschuwd: soms moet je vreemdelingen de deur weigeren. Dat weten we in Nederland tegenwoordig ook heel goed. Geestelijke leiders die terrorisme prediken worden op het vliegtuig gezet. Die zijn hier niet welkom. Net zo min als vreemdelingen die metterdaad geweld gebruiken. Het is niet gek dat veel Nederlanders bang zijn voor vreemdelingen. Het is niet alleen de primaire reactie voor mensen die er anders uitzien, maar ook de slechte ervaring. Jongeren die door een straatbende van buitenlandse jongeren in elkaar geslagen zijn hebben reden om niet vriendelijk te zijn voor vreemdelingen. Mensen die bedrogen zijn uitgekomen met vreemdelingen doordat die fraudeerden of schandelijk profiteerden, hebben hun lesje geleerd. Het is een Bijbels lesje. Mensen, wees voorzichtig. Vreemdelingen die gewelddadig zijn of onbetrouwbaar moet je niet welkom heten. Je mag aan je gastvrijheid voorwaarden stellen: wij stellen uw komst alleen op prijs als u duidelijk afstand neemt van geweld en terrorisme, als u betrouwbaar bent, als u ons niet bedreigt. Daarbij komt dat inderdaad ook altijd het bewaren van de eigen identiteit in het geding is. Het is niet verkeerd om daar als kerk en als natie op bedacht te zijn bij gastvrijheid voor vreemden: dat je identiteit niet wordt aangetast. Alleen vanuit het veilige gevoel dat je identiteit gerespecteerd wordt, kun je echt open zijn voor anderen.b. De tweede reactie staat centraal in de Bijbel: openstaan voor vreemdelingen als vertegenwoordigers van God. Hier zijn we de angst voorbij! Zie Hebreeën 13:2 en Matteüs 25! Dit bijbelse besef, dat wij in vreemdelingen met engelen of zelfs met Christus zelf hebben te doen, komt voort uit het weten dat God zelf anders is dan wij. Als er iemand van buiten onze kring komt, dan is het God. Bedenk alleen maar, dat wij de God van Israël dienen. Echt een vreemde God. Hij is zo vreemd voor ons, dat Hij zich kan laten vertegenwoordigen door vreemden, bijvoorbeeld door vreemdelingen die huisvesting nodig hebben! En dus, als wij onze eigen kring gesloten houden en veilig onder ons blijven, dan sluiten wij Gód buiten! Dat is het gevaar van al te grote knusheid, van 'Onder ons' zijn (de naam van de rubriek in het kerkblad!). Stel je toch voor, dat wij zo op onze hoede zijn voor vreemdelingen, dat wij Christus zelf buitensluiten.... In Matteüs 25 maakt Christus ons attent op een belangrijke karakteristiek van de vreemdeling: kwetsbaarheid. Hij staat daar in de rij van zieken, hongerigen, naakten, gevangenen. Inderdaad: de buitenstaander is bijna per definitie kwetsbaar. Hij staat alleen. Hij heeft niemand die hem helpt. Wees daarop attent! Die nieuwe jongen in jouw klas voelt zich naar alle waarschijnlijkheid superonzeker.Dat nieuwe gezin in de kerk moet erg, erg wennen. Voor in de kerk je presenteren en dan toe geklapt worden is leuk. Maar hoe dan verder? Sommigen zeggen: "Ik viel in een gat. Ik moest het zelf maar uitzoeken." Ook hier geldt: wees gastvrij. Open de kring. Blijf niet 'onder ons'. Sluit de Heer niet buiten!c. De derde reactie is in de Bijbel evenzeer belangrijk: vriendschap sluiten met de vreemdeling, en met hen samenwerken. De eerste christelijke gemeente ontdekte dat ze in hun gastvrijheid te maken kregen met predikers. Zie III Johannes 5-8: "Geliefde broeders, uw trouw blijkt uit alles wat u voor de broeders doet, zelfs al kent u hen niet. ... Ze zijn immers omwille van de Naam op reis gegaan. ... Daarom horen wij zulke mensen gastvrij te ontvangen en zo mee te werken aan de verkondiging van de waarheid." Paulus werd gastvrij ontvangen door ene Gajus: die was zijn gastheer "en stelde zijn huis voor de hele gemeente open," Romeinen 16:23. Dat is dus de winst van gastvrijheid: de gemeente wordt erdoor gebouwd. We doen onszelf tekort als we vreemdelingen en nieuwelingen afweren. Open die kring, opdat onze kring er wel bij vare en het koninkrijk van God gebouwd wordt! Het kan, door de verbondenheid in de Naam. Maar leer elkaar dan ook kennen. Daartoe is het gewenst dat vreemdelingen Nederlands leren. Maar o, wat is het een moeilijke taal voor hen. Eis daarom niet van ze dat ze het foutloos spreken. Maar maak ze wel duidelijk dat een gesprek voeren in het Nederlands zo veel helpt om ze te leren kennen. Dan ook is het mogelijk om je door hen te laten verrijken. Ja, want het ideaal van de multiculturele samenleving, dat het verrijkend is om andere culturen te leren kennen en met mensen van die culturen samen te leven, dat mag in de maatschappij op een fiasco zijn uitgelopen - in de kerk is het haalbaar. Immers: wat ons verbindt is meer dan wat ons scheidt: het samen toebehoren aan de Heer Jezus Christus. Stel je voor die zegen open door gastvrij te zijn!

Amen

N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.