Preek over Ezechiël 33:30-33

2003-12-21 n.m.

Ds. A. van der Dussen

Beleef je geloof!

Liturgie:

♪ Psalm 36: 2
♪ Psalm 65: 1, 2
♪ Gezang 365
♪ Gezang 62
Geloofsbelijdenis

1. Beleef je leven!

"De druk van de beleving", daarover ging de preek in de vorige leerdienst waarin ik de voorganger was. Ik heb toen een plaatje van de terreinwagen laten zien. Weet u het weer? In een overlevingsmaatschappij kijken we naar het nut van een auto, in een belevingsmaatschappij kijken we naar wat we met een auto kunnen beleven. "Beleef je leven!" Is het motto tegenwoordig. Daar gaat druk van uit: we worden opgejaagd om toch vooral niet saai maar spannend te leven. Er komt een nieuw 'moeten': we moeten beleven, willen we de zin van het leven niet missen. We raken verkrampt, omdat we merken dat het leven, ook het beleven, zich niet dwingen laat. Zo heb ik, verwijzend naar de oude Barzillaï, u vorige keer opgeroepen om van het beleven geen hoofdzaak te maken. Het is wel belangrijk, maar niet het hoogste doel. De zin van het leven ligt in andere dingen dan in de beleving: in het maken van de goede keuzes en in het doen van onze plicht.

2. Beleef je geloof!

Vanmiddag wil ik uw aandacht vragen voor de doorwerking van deze tendens in de manier waarop wij geloven. Zo hebben wij het over 'geloofsbeleving'. Daarmee wordt veel meer bedoeld dan dat 'geloven' – als het goed is – ook met gevoel gepaard gaat. Als het dat alleen was, waren we gauw klaar. Want dat staat als een paal boven water: als ons gevoelsleven naar behoren functioneert, kan het niet uitblijven dat geloof wat met je gevoel doet. Als u zegt, dat we daar in het verleden wel eens wat te weinig mee bezig zijn geweest, geef ik u gelijk. Het is niet goed als we ons in de kerk eenzijdig richten op het verstand en het begrijpen. Maar het spreken over 'geloofsbeleving' gaat veel verder. Eigenlijk zit daar diezelfde omslag achter, van 'overleven' naar 'beleven'. In een overlevingsmaatschappij komt het erop aan het hoofd boven water te houden. Zo functioneert ook het geloof: een mens heeft God hard nodig, om zich door het leven heen te slaan, om in het reine te komen met schuld, om het probleem van de dood het hoofd te bieden, enzovoorts. In een belevingsmaatschappij loopt het allemaal wel. Daar verschuift de aandacht naar wat je eraan beleven kunt. "Is het fijn? Is het spannend? Voelt het goed? Geeft het een kick? Was de kerkdienst gaaf? Sprak het je aan?" Zo komt het motto op: beleef je geloof! Als er niks te beleven is, is het niks. Op deze manier wordt het geloof ook superpersoonlijk. Er is geen objectieve maatstaf meer waaraan je de waarde van het geloof kunt afmeten. De enige die kan bepalen of het geloof waarde heeft ben jijzelf. Jouw beleving wordt de maatstaf. "Als ik dit niet zo beleef, is het voor mij niet van betekenis." Daarmee komt ook de bijbel op een andere plek te staan in ons geloof. Tegen Paulus zeggen wij: "Ik beleef dat anders…" En dus kunnen wij wat Paulus zegt naast ons neerleggen.

3. De druk van de geloofsbeleving

Van deze nadruk op de geloofsbeleving gaat een enorme druk uit. In de eerste plaats worden gelovigen zelf erdoor opgejaagd. Ze moeten kicks hebben. Anders is het niet goed! Je moet je zorgen maken als het jou even niks doet. In de tweede plaats wordt de kerk enorm opgejaagd. We moeten zorgen dat er wat te beleven is. De kerkdienst moet worden opgeleukt, anders blijven de mensen weg! Verder komt de saamhorigheid onder druk te staan. Als mijn hoogstpersoonlijke beleving de maatstaf wordt, hoef ik mij niet te conformeren aan de rest. "Ik beleef dat anders." Een kerkenraad excuseert zich zuchtend: "Het spijt ons, we kunnen het niet iedereen naar de zin maken." Ook de boodschap die de kerk voor de buitenwereld heeft komt onder de druk van de geloofsbeleving te staan. Het evangelie wordt minder getest op zijn functionaliteit met het oog op overleven, en meer op zijn belevingswaarde: "Maakt het m'n leven prettiger, aangenamer? Voelt het goed?"

4. Alarm

Wij hebben hier te maken met een ontwikkeling waar we niet wantrouwend genoeg tegenover kunnen staan. Ik wil alarm slaan, broeders en zusters. Ik denk dat wij op deze manier de mist ingaan. Want het evangelie richt zich niet in de eerste plaats op onze beleving. Het heeft in de allereerste plaats met overleven te maken. Het geeft antwoord op de vraag hoe wij in het leven met al z'n moeiten en gevaren overleven, en onze schuld, en het laatste oordeel, en de dood. Het gaat in het geloof niet om de kick. De eigenlijke vraag is niet "Voelt het goed?" maar "Leidt deze weg naar het leven?" De bruikbaarheid van de Bijbel wordt niet bepaald door hoe wij de dingen beleven. Als wij ons laten regeren door het gebod "Beleef je geloof!" gaan wij met het christelijk geloof een verkeerde kant op.

5. Profeet of entertainer

Aan de hand van Ezechiël 33:30–33 wil ik dat toelichten. De HEER toont zich hier verbolgen over het feit, dat de mensen de profeet Ezechiël beschouwen als entertainer. Zie vs. 32: men gaat naar hem toe omdat er zoveel bij hem te beleven valt! Het is zo mooi wat hij zegt, zo boeiend, zo spannend! Dat lijkt een groot compliment. Als zo toch eens over onze kerkdiensten gesproken werd – het zou een opsteker zijn. Maar de HEER is er helemaal niet blij mee. Hij beklaagt zich erover dat de mensen wel genieten van Ezechiëls woorden, maar er niet naar handelen, vs. 31. Maar juist daar is het hem om te doen: dat Israël reageert op de boodschap van de profeet en zich bekeert. Wanneer de hoorders echt in het hart getroffen zouden zijn, zou dat gebeuren. Maar nu komen ze niet verder dan de beleving. En dat zal ze opbreken, vs. 33: als straks het oordeel voltrokken wordt zullen ze inzien dat Ezechiël geen entertainer maar een profeet is.

6. Leerdoel

Zo wijs ik nu een concreet leerdoel voor u en jullie aan: schroef de druk van de geloofsbeleving eens wat terug. Maak elkaar niet gek met de verwachting dat het leuk moet zijn in de kerk. Het gaat uiteindelijk niet om de kick. Als je een kerkdienst bijwoont, stel je dan liever de vraag welke dingen God van jou verwacht. Wees alert, als je geneigd bent de maatstaf van je beleving aan te leggen. Dat iets 'goed voelt' mag niet het één en het al zijn; durf ook weer eens te vragen of iets waar is. En vooral: koppel terug naar de overlevingsvragen, ook als je nadenkt over de betekenis van het evangelie voor de buitenwereld. Het gaat er in het evangelie uiteindelijk niet om of we leuker leven, blijer, spannender, boeiender. Het gaat erom of we de rampen overleven die ons overkomen, en onze schuld, en straks de dood. De kerk is er niet om de wereld een pretpakket aan te reiken. De kerk is er om inzake de grote levensvragen antwoord te geven, het antwoord van Jezus Christus.

Amen

N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.