Preek over 1 Samuel 26:23, 24

2003-09-14 v.m.

Ds. A. van der Dussen

Wat had JIJ gedaan?

Liturgie:

♪ Psalm 89: 1
♪ Gezang 169
♪ Psalm 22: 4, 8
♪ Psalm 33: 8

Wat had jij gedaan, als je daar 's nachts in dat kampement was geweest, en Saul in diepe slaap had aangetroffen, en naast hem die speer in de grond had zien staan? Die speer, die al een keer of wat naar jou toe was gegooid? Daar ligt ie te slapen: de man die jouw leven verpest; de man die jou je vrouw had afgepakt; de man die niet rust voor hij jou een kopje kleiner heeft gemaakt. Word je niet vreselijk kwaad? En klinkt het je niet als muziek in de oren dat jouw maat zegt: "Laat mij die speer pakken, en dan zal ik een eind maken aan die waanzin, en aan dat onrecht, en aan dat lijden." Wat een geweldige kans om eindelijk die waanzin te stoppen. Wat zou jij hebben gedaan? Had jij die kans gegrepen? Was je niet gek geweest als je die kans had laten glippen? David is zo gek. Hij laat die kans glippen. En dat heeft hij geweten. Want Saul bleef met zijn speer achter hem aanzitten. En toen is David naar de Filistijnen gevlucht, I Samuël 27. Vreselijk vond hij het. Want dat volk – dat was zo iets als voor jullie de neonazi's. Maar wat moest hij? Alleen dáár, bij de Filistijnen, had hij geen last van Saul. En dat had hij dus kunnen voorkomen door zijn kans te grijpen. Nou kun je zeggen: "Oké, dat was David. Moest David weten. 't Zou mij niet overkomen, zo'n kans laten lopen." Maar zo makkelijk komen jullie er niet af. Want dit is eigenlijk het verhaal van Jezus. Die is precies zo. Die wil ook niet dat zijn maats een speer pakken om zich te verweren tegen de soldaten die Hem komen arresteren. Die laat het er ook op aan komen dat ze Hem vreselijk mishandelen, terwijl Hij niets misdaan had. Jezus heet niet voor niets de Zoon van David: Hij had de waanzin zo makkelijk kunnen stoppen, en Hij deed het niet.... Maar van Jezus zeg je toch niet zo gauw: "Oké, dat moest Jezus weten. 't Zou mij niet overkomen, de kans laten lopen om die waanzin te stoppen." Hebben jullie het door? Dit verhaal zet je voor het blok. Heb je iets met Jezus, of niet? Als je iets met Jezus hebt, kies je voor David. Als je je meer verwant voelt met Abisaï, Davids maat, kies je tegen Jezus. Tegelijk wil dit verhaal ons vreselijk nieuwsgierig maken. Wat in de wereld motiveert David om zo'n kans te laten lopen? En waarom zouden wij eigenlijk ook zo doen? Wat heeft Jezus, dat wij Hem zouden volgen, terwijl het zo absurd is wat Hij doet? Het antwoord is niet soft, zo van: "We moeten lief zijn voor elkaar." David is helemaal niet lief voor Saul. Hij zegt tegen zijn maat: "De HÉÉR zal Saul slaan." (vs. 10) Daar rekent hij op. Hij vindt ook dat dat moet. Hij slikt hier niet al z'n gegriefdheid in. Hij gooit het Saul ook voor de voeten, dat het niet kán zoals hij bezig is, vs. 20b. Hij klaagt Saul scherp aan: "Het is absoluut onrechtvaardig dat u mij probeert te doden!" (vs. 18) David is ook geen watje. Moet je hem de spot horen drijven met Sauls generaal Abner: "Wie is hier nu eigenlijk een bedreiging voor de koning? Kijk liever naar Abner: die ligt te snurken terwijl z'n koning vermoord kan worden!" (vs. 15,16) Dat is de andere kant. Ook Jezus kan zo duidelijk mensen aanspreken op hun verantwoordelijkheden, hen scherp aanklagen. Maak van David en Jezus geen doetjes, geen softies. Partij kiezen voor David en Jezus betekent niet dat je in je schulp kruipt, alles maar over je kant laat gaan, eerder jezelf beschuldigt dan een ander. NEE! Hier staan persoonlijkheden voor je, en je mocht willen dat je zo'n persoonlijkheid was! En als ik dan bovendien David ook nog eens zet naast die man die deze week mevrouw Lind, de Zweedse minister van buitenlandse zaken, vermoordde, dan weet ik wel wie ik kiezen zou. Wachten we in deze vreselijke wereld niet op mensen die hun handen thuis kunnen houden, zoals David? "Uw leven was op deze dag kostbaar in mijn ogen," zegt hij tegen Saul, vs. 24. Wat een respect spreekt daaruit. David wist: "Het komt mij niet toe iemand als Saul, die toch maar door God koning gemaakt is, uit de weg te ruimen." (vs. 11, 23b) Ben je dan niet sterk, als je je persoonlijke verbittering en woede de baas kunt vanuit je principes? Deze wereld schreeuwt om mensen met principes, die niet toegeven aan hun impulsen. Wat denken jullie: zit dat er wat jullie betreft in, om zulke mensen te zijn? David. Geen watje. Een man met principes. Maar vooral: iemand die rekende met God. Verbluffend zo reëel als David daarop rekent: dat God Saul uit de weg zal ruimen, vs. 10. Dat God het voor hem zal opnemen, vs. 24b. Soms denk je wel eens: maakt het nou wel echt verschil voor je leven dat je in God gelooft? Aan David zie je hoe gigantisch veel verschil het maakt. Hij heeft het lef om niet zelf Saul uit de weg te ruimen omdat hij dat aan God durft over te laten. Hij durft ruimte in zijn leven uit te sparen – voor God. En zo ook Jezus. Die liet het op al dat lijden aankomen op precies dezelfde manier: "Vader, in uw handen beveel ik mijn geest." Wat een kracht, wat een moed, om zo ruimte te maken voor God. En ik geloof vast, dat alleen daardoor David en Jezus zulke sterke mensen, met zulke sterke principes, konden worden. Wat denken jullie: is het de moeite waard om achter Jezus aan te gaan, en dan in het gezelschap van David terecht te komen? Je bent gewaarschuwd: het leven wordt er niet gemakkelijker op. Maar wel mooier. Onze samenleving gaat nog eens kapot aan al die mensen die zelf hun zaakjes regelen. O, wat zijn ze gehaaid, wat hebben ze een grote mond, wat komen ze voor zichzelf op. En wat zijn ze akelig bang dat ze tekort komen. En wat worden ze gedreven door hun impulsen. Wat denken jullie: gaan jullie het anders doen? Hebben jullie het lef om op God te vertrouwen? Krijgt God van jullie de ruimte om te laten zien wat Híj waard is? Durven jullie te geloven dat jullie leven kostbaar is in zijn ogen? En willen jullie je dan, vanuit dat geloof, ontwikkelen tot mensen met principes, die grenzen kunnen trekken en niet meedoen met al die gehaaidheid en al die grote monden? Wat denken jullie: wordt het Abisaï, of David? Gaan jullie ook met die speer gooien, of zeggen jullie met Jezus: "Vader, ik reken op U!"?

Amen

N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.