Preek over Geloofsbelijdenis 6:b

2002-03-10 v.m.

Ds. A. van der Dussen

Christus is Koning - maar hoe?

Liturgie:

♪ Psalm 98
♪ Psalm 110:1, 2, 4
♪ Gezang 399:5

Inleiding

Vanuit Egypte is de voorstelling bekend, dat de koning op de goddelijke troon mag plaatsnemen, aan de rechterhand van de godheid. Die voorstelling is de achtergrond van psalm 110:1, en dit psalmvers wordt in het Nieuwe Testament vaak geciteerd (o.a. in Handelingen 2:34 en Hebreeën 1:13) om aan te geven dat de Here Jezus na zijn opstanding vanaf Gods troon de heerschappij uitoefent, vgl. I Petrus 3:22. Daarover gaat het dan ook in deze zinsnede van de apostolische geloofsbelijdenis: dat Christus koninklijke heerschappij uitoefent. In deze preek wil ik daarop ingaan door de vraag te stellen hoe Hij dat doet. Waar merk je het aan dat Christus Koning is? Zo is dit het thema van deze preek:Christus is Koning - maar hoe?

1. Niet van deze wereld

Als Christus voor Pilatus staat komt deze vraag aan de orde. Hij wordt gepresenteerd als ´Koning der Joden´. Maar ogenblikkelijk wordt het misverstand weggenomen dat Hij een concurrent van de keizer zou zijn. Christus´ koningschap speelt zich niet af in het vlak van de politiek. "Mijn Koningschap is niet van deze wereld." (Johannes 18:36) De Here Jezus verduidelijkt dat door erop te wijzen dat Hij niet van geweld gebruik maakt. Christus is niet Koning op de wijze van deze wereld. Wij dienen dus ook voor de heerschappij die Hij na zijn opstanding vanaf Gods troon uitoefent niet te politieke verwachtingen te hebben. In het verleden heeft men dat soms uit het oog verloren. Ik geef een voorbeeld.De christelijke keizers van het Romeinse rijk hebben het koningschap van Christus naar zich toegehaald. De gedachte bestond, dat Christus regeerde door middel van de keizer. Keizer Constantijn werd bezongen als "het beeld van de grote keizer", dat is God. "God Zelf, de grote keizer, strekt van boven af zijn rechterhand over hem uit en maakt hem tot heden toe overwinnaar over al zij haters en vijanden." Hij verwerkelijkt ´de goddelijke overwinning die met Christus´ komst in beginsel gegeven is´. (Berkhof, De kerk en de keizer, 77) Men zag, in zijn blijdschap over het einde van de christenvervolgingen, in de heerschappij van de christelijke keizers de regering van Christus concreet worden. De lof op de ene God ging samen met de lof op de ene Heiland Christus en de lof op de ene keizer. (Berkhof, a.w. 110)Maar zo vul je het koningschap van Christus te politiek in. Ongetwijfeld mogen we zeggen dat God gebruik heeft gemaakt van de christelijke keizers om het christelijk geloof en de kerk te zegenen. Maar het gaat te ver om de keizer in één adem te noemen met Christus. Zo gaat het ook te ver om de strijd van Amerika tegen het terrorisme te zien in het kader van Christus´ strijd tegen zíjn vijanden. In Johannes 18 heeft Christus ons eens en voorgoed geleerd, dat zijn heerschappij zich niet vertaalt in een politiek systeem. Dat is niet de stijl van zijn regering!

2. Getuigen van de waarheid

Wat dan wel? De Here Jezus geeft zelf het antwoord: "Ik ben gekomen opdat Ik voor de waarheid zou getuigen." Zie goed dat Hij niet op een ander onderwerp overschakelt. De betekenis van deze woorden is niet: "Ik ben geen Koning, maar Ik getuig van de waarheid." Nee, Hij wil zeggen: "Ik ben Koning door van de waarheid te getuigen." Dat klinkt ons vreemd in de oren. Een koning is toch geen dominee? Regeren is toch iets anders dan preken? Wij stuiten hier inderdaad op de vreemdheid van Christus´ koningschap. Het is, zoals gezegd, niet van deze wereld. En toch is het wel degelijk een regering, een vorm van machtsuitoefening. Alleen: Christus oefent macht uit door zijn getuigenis, dat wil zeggen: door zijn goede boodschap, zijn evangelie. Het woord ´waarheid´ verwijst naar de boodschap van Gods liefde voor deze wereld. De Here Jezus is gekomen om die ´bevrijdende waarheid´ (8:32) aan de mensen voor te houden, in zijn woorden en in zijn daden. Ja, ook zijn daden, denk daarbij aan wat in Johannes 13 verteld wordt over zijn dienstbaarheid. Jezus is ook in zijn handelwijze een echte getuige van Gods liefde. Hij maakt die boodschap waar. In Hem is het Woord vlees geworden (1:14). Op die manier is Hij Koning, dat wil zeggen: verwerft Hij zich onderdanen. Hij wint mensen voor zich door zijn getuigenis van de waarheid. "Ieder die uit de waarheid is, hoort naar mijn stem!" (18:37).

3. Regeren door Woord en Geest

In de Heidelberger Catechismus is deze stijl van regeren trefzeker aangeduid met de woorden ´door Woord en Geest´. Zie zondag 48, waar naar de betekenis van de bede ´Uw Koninkrijk kome´ gevraagd wordt. Het antwoord op die vraag luidt:"Dat wil zeggen: regeer ons zo door uw woord en Geest, dat wij ons steeds meer aan U onderwerpen."Het gaat dus inderdaad om heerschappij. De Heer is Koning, en wij mensen hebben ons aan Hem te onderwerpen. Daarin bestaat het Koninkrijk van God ook, dat de rebellie tegen God beëindigd wordt. Maar zo bereikt de Here Jezus dat dus: door het evangelie, door de Geest. Hij dwingt niet met geweld; Hij wint mensen door de boodschap van Gods liefde; Hij maakt mensen gewillig om die boodschap te aanvaarden door met zijn Geest in hun hart te werken. Ziedaar het koningschap van Christus! Hij wint de wereld terug voor God door zijn getuigenis van de waarheid. Hij toont die liefde door zelf dienstbaar te zijn, en vraagt van zijn leerlingen hetzelfde. Ook de kerk heeft haar kracht niet te zoeken in politieke macht of in dwang, maar in dienende liefde. Denk aan de slotregel van Romeinen 12: "Laat u niet overwinnen door het kwade, maar overwin het kwade door het goede." Zo neemt het Koninkrijk van Christus een onaanzienlijke gedaante aan: een gedaante van liefde, van vrede, van vergeving, van dienstbaarheid. Het vraagt veel geloof om daarin zijn wereldheerschappij te herkennen. We staan misschien veel dichter bij de christenen die het christelijke keizerrijk vereenzelvigden met het Koninkrijk van Christus dan we denken. Het is voor sommigen aantrekkelijk om in dat sterke Amerikaanse leger de heerscharen van Christus aan het werk te zien. Dan gebeurt er tenminste iets! Sommigen denken ook met weemoed terug aan de tijd dat je jongeren meer kon ´sturen´, ook de kerk in kon ´sturen´. Maar, broeders en zusters, heb geen illusies. Dat is niet Gods Koninkrijk. De nieuwe wereld komt op een andere manier. Dat Christus op de troon zit werkt uit in een ´stille revolutie´ van Woord en Geest. Houd die twee uit elkaar: het koninkrijk van Christus en de koninkrijken van de wereld. Accepteer dat dwang en macht ons ontnomen zijn, ook als het gaat om onze jongeren. Laat ook in hun leven het Woord en de Geest hun werk doen. Bid daarom. Dat is de manier waarop Christus zijn Koninkrijk opricht.

4. De twee regimenten

Overigens is het om nog een andere reden goed om het verschil te zien tussen het Koninkrijk van Christus en het rijk van deze wereld. Zie niet alleen dat dwang en geweld niet passen in het rijk van Christus, maar ook dat je met Woord en Geest in het rijk van deze wereld niet ver komt. Men heeft wel gemeend "met het evangelie de wereld te moeten regeren" (de uitdrukking is van Luther). Zo zijn er christenen die menen dat vergeving en dienstbaarheid ook in de politiek de toon aan moeten geven. De regel "Overwin het kwade door het goede" komt dan als het ware in de grondwet van een land terecht. Maar dan krijg je rare dingen. Mag een rechter een misdadiger dan nog veroordelen? Mag je er nog een politieapparaat op na houden om de veiligheid op straat te waarborgen? Mag je nog met militaire middelen terugslaan als terroristen Twin Towers neerhalen? Luther heeft gezegd: probeer alsjeblieft niet met het evangelie de wereld te regeren, want dan krijg je chaos. Hij heeft gelijk gehad. Het is ooit geprobeerd, maar het lukt niet. Voor de regering van deze wereld heb je niet genoeg aan het evangelie: er zijn wetten nodig, en een sterke arm. Het zijn echt, zoals Luther het heeft genoemd, twee regimenten: dat van Pilatus en Wim Kok, en dat van Christus. Dat van Wim Kok is ook nodig, inclusief het politieapparaat en het leger. Denk echter niet dat daar ons heil vandaan komt. Denk ook alsjeblieft niet dat het bij Pim Fortuyn vandaan komt. Je moet de politiek niet onderschatten, maar vooral ook niet overschatten. Dat laatste gebeurt in onze tijd gemakkelijk. Alsof de politiek ons het heil brengt. Dan gaan mensen hangen aan een messiasfiguur. We mogen ervoor bewaard blijven dat Pim Fortuyn die rol gaat spelen. Nee, ons heil komt bij Christus vandaan, bij zijn Koninkrijk. Van de politiek kun je slechts bescheiden verwachtingen hebben. Geweld en dwang zijn nodig voor het in stand houden van een zekere orde en de beteugeling van de chaos. De grote vernieuwing echter komt van Christus. Dat is het regiment van Woord en Geest - en niet anders.

Amen

N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.