Preek over Matteüs 13:24-30, 36-39 en Matteüs 28:16-20
2006-05-14 n.m.
Ds. A. van der Dussen
Het dubbele groeiproces
Liturgie:
1. Einde ? voltooiing
Ook vanmiddag gaat het over het einde van de wereld. Daarbij vraag ik aandacht voor de term 'voltooiing' van de wereld (13:39 en 28:20). Daarin kunt u opnieuw horen, dat de wereld waarin wij leven niet eindeloos voortbestaat, maar op een einde loopt. Het woord 'voltooiing' duidt daarnaast aan, dat dit 'einde' niet zomaar een 'ophouden' is. De wereld is op weg ergens naartoe; zij komt pas tot een einde, wanneer zij haar doel bereikt, tot een afronding komt. Dat is dus positief! Vorige keer ging het over manieren waarop wijzelf de wereld aan haar einde kunnen helpen, haar kunnen vernietigen. De Heer Jezus spreekt gelukkig van veel meer dan vernietiging. Hij belooft ons de voltooiing van deze wereld. Daarmee wekt Hij de suggestie, dat er wat opgebouwd wordt. De wereld bestaat niet zomaar. We werken ergens naar toe. God werkt ergens naartoe. Er is een ontwikkeling gaande, en die ontwikkeling loopt ergens op uit.
2. Spannend
Spannend is dat. Waar zijn we naartoe onderweg? Wie zou het durven zeggen? Als je let op de reusachtige vooruitgang van de medische wetenschap kun je enthousiast worden en denken: "We zijn op weg naar een wereld met steeds minder ziekte." Zo zijn er meer ontwikkelingen die mensen hoopvol stemmen: de stormachtige groei van onze welvaart; het technisch vernuft waardoor we thuis bijvoorbeeld de mooiste muziek kunnen horen; Europa, waarin Frankrijk en Duitsland eindelijk geleerd hebben geen oorlog meer te voeren. Maar de negatieve ontwikkelingen zijn er ook. Ik kom terug bij wat ik de vorige keer noemde: de onheilspellende wapenwedloop met de bijbehorende nucleaire crisis. De vernietiging van het milieu. Het is ook een vreselijke gedachte, dat Ausschwitz zo'n demonisch succes kon worden dankzij de ontwikkelingen in de techniek! Waar zijn we naartoe onderweg? Naar een steeds mooiere wereld, waarin voor elke ziekte een medicijn bestaat? Of naar een steeds lelijker wereld, waarin de hele aardbol volgegooid is met landmijnen en kernafval?
3. Het Koninkrijk van God en het werk van de vijand
In de gelijkenis die we lazen worden eveneens twee tegengestelde ontwikkelingen geschetst. Let wel: ook deze gelijkenis gaat over de voltooiing van de wereld. Het is een verhaaltje over een boer die zaait om straks te oogsten, en 'oogst' is in de Bijbel vaak een beeld voor voltooiing, dat waarop alles uitloopt, 13:39. Het griezelige is, dat er in deze gelijkenis een dubbel groeiproces is. Er is graan dat vrucht draagt en er is onkruid dat nergens goed voor is. Het graan staat voor Gods Koninkrijk, voor het werk van Jezus. Hij is de zaaier. Zo ook het slot van Matteüs 28: de voltooiing van de wereld volgt op het zendingswerk waartoe Jezus zijn discipelen opdracht geeft. Dat is het ene proces dat gaande is, met alles wat erbij hoort: het zaad dat Jezus strooit, zijn woord van verzoening en vrede, van liefde en vergeving, van eerbied voor God en van zorg voor zieke en zondige mensen. Maar er is ook een ander, een tegengesteld proces. Er is ook de zaaier van het onkruid, het werk van een vijand, de duivel (13:28, 39). Hij bewerkt dat er door mensen kwaad wordt aangericht, 13:38: geruzie, haat, vreemdelingenhaat, Godslastering, verleiding, religie die ziek maakt, die machtsmisbruik dekt - noem maar op. Kwaad. Beide ontwikkelingen lopen door elkaar heen. De kwade ontwikkeling kan niet zo maar gestopt worden. Dat zouden de mensen aan de kant van de zaaier van het goede zaad wel willen, 13:28. Maar dat kan niet. Die ontwikkelingen hangen met elkaar samen, zijn met elkaar verstrengeld. De boer zegt:
Laat beiden samen opgroeien tot aan de oogst. (13:30)
Dat betekent dat er dus in beiden groei zit, in het Koninkrijk van God én in het werk van de vijand.
4. Eindtijd?
Deze gelijkenis helpt ons om de ontwikkelingen in de wereld te plaatsen. De wereld staat dus inderdaad niet stil. Wij vergissen ons niet wanneer wij ontwikkeling waarnemen, vooruitgang ten goede en vooruitgang ten kwade. De wereld maakt beslist een proces door. Wij zijn absoluut verder dan de mensen honderd of duizend jaar geleden, laat staan de mensen in de tijd van de Bijbel. Het is daarom ook niet uit de lucht gegrepen dat mensen zich afvragen of wij in de eindtijd leven. Het onkruid is werkelijk manshoog geworden. Wat heeft het kwaad zich onvoorstelbaar vermenigvuldigd in de wereld. Tegelijk: wat is het koninkrijk van God onvoorstelbaar uitgegroeid. Toen: Jezus met een handvol leerlingen. Nu: een wereldreligie die de geschiedenis stempelt. Is de voltooiing nabij? Soms zou je het denken. Als ik aan Ausschwitz denk, denk ik: "Het kan niet erger. Dit is het kwaad volgroeid." Toch heeft God de geschiedenis nog weer verder laten gaan. Moet het onkruid nog hoger worden? Of moet het graan nog meer vrucht dragen? Dat is het ingewikkelde: de processen lopen door elkaar heen, en wij kunnen ze niet ontwarren. Alleen God kan dat. Het is aan Hem om de wereld te voltooien en om te bepalen of er al geoogst kan worden.. Dat is ons geloof en ons gebed: dat God de oogsttijd laat aanbreken, als het onkruid verbrand wordt en de opbrengst van het zaad wordt ingezameld. Dat is onze volharding, dat wij, ook als wij denken dat het niet erger kan, geduldig aanvaarden dat de geschiedenis toch nog en toch weer verder gaat.
5. "Ik ben met jullie"
Spelen wij nog een actieve rol? Volgens de gelijkenis kunnen wij de groei van het onkruid niet stoppen, 13:28, 29. Moeten we dan maar werkeloos toezien hoe die twee processen zich voltrekken, en afwachten tot het oogsttijd is? In Matteüs 28 staat het antwoord. Tegen wie zegt Jezus: "Ik ben met jullie!"? Tegen zijn leerlingen die het zaaiwerk van Hem overnemen. Dat is waartoe God u en jullie oproept, ook vandaag weer, gemeente. Het is alsof Jezus in Matteüs 28 terugkomt op de knechten die in de gelijkenis een rol spelen en met de boer een gesprek aangaan, 13:28, 29. In de uitleg van 13:36-39 worden zij niet meer genoemd. Maar in de zendingsopdracht aan het slot van het evangelie doen ze weer helemaal mee. Daar draagt Jezus het zaaiwerk als het ware over aan die knechten. Zo worden ook wij als gemeente ingeschakeld. Het is aan ons om die boodschap te verbreiden van verzoening en vrede, van liefde en vergeving, van eerbied voor God en van zorg voor zieke en zondige mensen. Win mensen voor dat evangelie. Leer er uit. Geloof erin. Doe er iets mee. Zaai! Doop! Leer! Gebruik de techniek, de medische wetenschap, de communicatiemiddelen om de naam van de Heer groot te maken! Dat kan in het geloof, dat de wereld voor dit zaad bestemd is, en dat het onkruid ooit vergaat. Volg Jezus na, op weg naar de voltooiing van de wereld. Dán zal Hij tegen ons zeggen: "Ik ben met jullie." Dan kunnen wij bij de dag leven, dat wil zeggen: in het geloof dat wij elke dag weer een dag dichter bij de voltooiing zijn.
Amen
N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.