Preek over Johannes 4:1-26, 39-42

2005-01-09 n.m.

Ds. A. van der Dussen

Inhoudelijke verschillen

Liturgie:

♪ Psalm 99: 1, 2, 3, 4
♪ Gezang 281
♪ Gezang 255

1. Respect

Verre familie van ons: zo typeerde ik in de vorige preek de moslims. Ik gaf een citaat van een jonge vrouw waaruit bleek, dat we ook echt geestelijke verwantschap hebben. Een gelovige moslim uit Saudi–Arabië staat qua geloofsinhoud veel dichter bij ons dan een ongelovige intellectueel uit Amsterdam, of de religieus onverschillige leraar bij jou op school. Zeker – het cultuurverschil is enorm. Maar hoor een moslim eens spreken over de goedheid van God of zijn waardering uiten voor Jezus! Dan weet je: in religieus opzicht zijn we inderdaad familie. Belangrijk is dat het andersom ook zo ervaren wordt. Een moslim van zijn kant ziet eveneens een christen als geestelijke familie. Dat alles geeft ons alle reden om respectvol met moslims om te gaan en niet mee te doen aan de hetze tegen de Islam die sommigen in ons land voeren. Vorige keer wees ik erop, dat Jezus een vergelijkbare hetze afwees: Hij weerstond de gewoonte van Joden om lelijk te doen over Samaritanen. Ik trok toen een parallel: laten wij er rekening mee houden, dat Hij ons de gelijkenis van de barmhartige moslim zou vertellen! Geleerd door Jezus bepleit ik dus vriendelijkheid tegenover moslims. Tegelijk is er reden om een kritisch gesprek te voeren met moslims over het geloof en over de consequenties van het geloof. Want 'respect hebben voor elkaar' betekent niet dat je alles van elkaar kritiekloos aanvaardt! En dat je familie van elkaar bent, betekent niet dat je geen verschillen van mening of inhoudelijke conflicten met elkaar kunt hebben! Soms doen mensen alsof er maar twee mogelijkheden zijn. De ene is dat de Islam een duivelse, achtergebleven religie en cultuur is. De andere is, dat christendom en Islam eigenlijk één pot nat zijn. Eigenlijk komt in beide visies het respect te kort, ook in de laatste. Als je echt respect voor een ander hebt, verdiep je je in de ander en neem je de pretenties van de ander serieus. Welnu, de Islam hééft pretenties. Hij pretendeert het op wezenlijke punten anders en beter te weten dan het christendom. Vanmiddag wil ik respect tonen voor de Islam dóór die pretentie serieus te nemen en in te gaan op de inhoudelijke verschillen, en wel in het licht van Johannes 4.

2. Redding

Opnieuw dus een Schriftgedeelte waarin het gaat over de confrontatie van Joden met Samaritanen. De vriendelijke houding van Jezus tegenover de Samaritaanse vrouw is duidelijk en voorbeeldig. Intussen is het gesprek meer dan alleen maar het uitwisselen van vriendelijkheden. Het hete hangijzer van toen wordt meteen door de vrouw aan de orde gesteld: hoe zit het met de plaats van aanbidding? Jezus reageert daarop door de aandacht op iets anders te vestigen. Bijna terloops zegt Hij iets heel belangrijks, vs. 22: "De redding komt van de Joden." Uiteindelijk blijkt het in de ontmoeting daarom te gaan, om 'redding'. Zie vs. 42, waar het motief 'redding' terugkomt. De Samaritanen ontdekken Jezus als de 'redder van de wereld'. Wat gebeurt er dus? Via het gesprek over de plaats van aanbidding vraagt Jezus aandacht voor zichzelf. Weldra is het eerdere gespreksonderwerp naar de achtergrond verdrongen. Naar ik denk, moet het net zo gaan in het gesprek tussen christenen en moslims. Er zijn heel inhoudelijke verschillen aan de orde te stellen. Maar één ding zal op de voorgrond moeten staan: hoe zit het met de redding, en met de Redder? Van wie verwachten we heil? Van Jezus, of van iemand anders?

3. God of Allah: een ander, of anders?

Laat mij een voorbeeld geven van de toespitsing van het gesprek daarop. Een van de eerste vragen die altijd gesteld worden, is de vraag naar God. Dienen moslims en christenen dezelfde God? Is Allah dezelfde als onze Heer? Moslims zijn daar duidelijk over. Voor hen staat vast dat wij dezelfde God dienen. Christenen denken daarover verschillend. De meeste christenen denken eveneens dat we dezelfde God dienen, maar er zijn er ook die daarin aarzelen. Want als dat zo zou zijn, relativeer je dan niet te veel de verschillen? Zo zijn er christenen die Allah een 'afgod' noemen, zeer tot ontsteltenis van de moslims. Dan is het gesprek met deze verre familie natuurlijk ook meteen afgebroken. Maar misschien kan het anders. Is het niet veelzeggend, dat Jezus er eenvoudig van uitgaat dat de Samaritaanse vrouw en Hij dezelfde God dienen? Alleen: Hij noemt Hem wel anders, namelijk 'de Vader'. Daaruit blijkt dat Jezus niet meent dat de God van de Joden een ander is dan die van de Samaritanen, maar wel dat Hij anders is. Daarmee correspondeert het gegeven, dat moslims die christen worden ontzettend veel verandering ervaren, maar niet het gevoel hebben dat zij ineens een andere God gaan dienen. Nee, voor hen staat vast dat zij dezelfde God zijn blijven dienen, maar dat het allemaal heel anders wordt. Niet een andere God, maar wel anders, en wel doordat Jezus een andere plaats krijgt, een veel dominantere plaats. Zo gezien kan vrijmoedig erkend worden: "Zeker, u en wij vereren dezelfde God, 'Allah' (het Arabische woord voor 'God'). Maar wij vereren Hem wel heel anders dan U, want voor ons is Jezus erbij gekomen."

4. Drie–eenheid

Daarmee komt bijna onvermijdelijk meteen een ander belangrijk verschilpunt in zicht, namelijk dat van de drie–eenheid. In de Koran wordt dat dogma verontwaardigd van de hand gewezen. Ik citeer:Gelooft dus in Allah en zijn boodschappers en zegt niet: "Drie (in één)." Houdt op, dat is beter voor u. Voorwaar, Allah is de enige God. Het is verre van zijn heiligheid dat Hij een zoon zou hebben. (4 – 172) En wanneer Allah zal zeggen: "O Jezus, zoon van Maria, hebt gij tot de mensen gezegd: 'Beschouwt mij en mijn moeder als twee Goden naast Allah,' zal hij antwoorden: "Heilig zijt Gij. Ik zou nooit kunnen zeggen, waarop ik geen recht had. … Ik zeide niets tot hen dan hetgeen Gij mij hebt geboden: 'Aanbidt Allah, mijn Heer en uw Heer.'" (5 – 117, 118)Uit dit laatste blijkt hoe vreemd het beeld was dat Mohammed had van de leer van de drie–eenheid. Nog steeds geven slordige versies van de leer van de drie–eenheid veel aanstoot aan moslims. En dan te bedenken dat die leer in wezen juist wil benadrukken dat God één is! Toch is het niet heilzaam om in het gesprek met de moslims op die drie–eenheid van God te hameren. Ontken het niet, maar begin liever bij dat motief van de redding: Jezus is onze Redder!

5. Zonde en verzoening

Ja, dan wordt het echt spannend. Want met hoeveel respect de Koran ook over Jezus spreekt, het evangelie dat Hij voor ons aan het kruis is gestorven wordt afgewezen. Daarmee verbonden wordt ook het evangelie van Gods verzoening uit genade afgewezen. Voor de moslim is de zonde namelijk lang niet zo'n groot probleem als voor de christen die de Bijbel serieus neemt. Dat de zonde op een of andere manier macht uitoefent over mensen vanaf hun geboorte, dat gelooft de moslim niet. Daarom is voor de moslim de wet ook genoeg. De Islam–kenner Colin Chapman zegt: "Moslims zien de goddelijke wet en goddelijke vergeving als een afdoende remedie voor de menselijke ongehoorzaamheid." Een middelaar als Jezus – die heeft de moslim niet nodig. Nooit zal een moslim bidden: "Vergeef mij om Jezus' wil." Dat heeft verstrekkende gevolgen. De Islam is daardoor veel meer dan het christendom een godsdienst van de wet. Hij is veel optimistischer over wat een mens kan bereiken met de wet. Hij heeft veel meer vertrouwen in de mens. Daardoor is hij uiteindelijk ook harder in zijn benadering van de mens. Dat een mens alleen uit geloof, door genade, gered wordt – dat zal een moslim nooit zeggen. En dat God zijn liefde aan ons bewijst door Jezus voor zondige mensen te laten sterven – dat acht hij ondenkbaar.

6. Nederig

Zo spitst het gesprek zich inderdaad toe op onze redding en op onze Redder. Het grote verschil tussen christendom en Islam zit 'm vast op de persoon van Jezus. Dat Jezus een groot profeet is en veel wonderen heeft gedaan – de Koran stemt het meteen toe. Dat Jezus zijn leven voor ons aan het kruis gegeven heeft en zo onze redder is – dat wijst de Koran verontwaardigd af. Wij, op onze beurt, brengen Jezus daarom alle eer toe, omdat wij minder vertrouwen in onszelf hebben en rust vinden in het offer dat Hij gebracht heeft voor onze zonden. Een christen is in die zin nederiger dan een moslim. Treffend is, dat Mohammed ook getroffen is door de nederigheid van christenen. Ik citeer nog éénmaal uit de Koran.Gij zult degenen die zeggen: "Wij zijn Christenen" het vriendschappelijkst vinden jegens de gelovigen. Dit is, wijl er onder hen geleerden en monniken zijn en wijl zij niet trots zijn. (5 – 83)Niet trots. Dat is het. In wezen is de Islam een trotse godsdienst. Het christendom niet. Een christen weet bij aankomst aan de hemelpoort maar één ding te zeggen: "Heer Jezus, ontferm U over mij." Misschien moeten wij zo ook het gesprek voeren. Niet trots, maar ootmoedig en nederig, verwijzend naar de redding die uit de Joden is, en zeggen, zoals ooit de Samaritanen zeiden:.We weten dat Hij werkelijk de redder van de wereld is.

Amen

N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.