Preek over Psalmen 145:6
2003-02-09 n.m.
Ds. A. van der Dussen
Lofprijzing, een praisedienst
Liturgie:
♪ Gezang 255
♪ Gezang 460
Inleiding
Deze dienst is een dienst van lofprijzing, waarin veel gemusiceerd is en gezongen werd door het koor.
Laat al wat leeft Gods heilige naam belijden, Hem zegenen tot aan het eind der tijden! (psalm 145:6 berijmd)Dat wij mensen God zouden kunnen zegenen komt ons vreemd voor. Toch is dat een vaste uitdrukking in het Oude Testament, die onder andere in een aantal psalmen voorkomt. In onze vertaling van de psalmen is dat niet meer te zien, maar wel in de berijming. Vgl. ps 34:1Verheft met mij des HEREN naam, Zegent dien en weest blij.Of psalm 103:1,9:Zegen, mijn ziel, de grote naam des HEREN.Of psalm 145:1:Van dag tot dag roem ik uw majesteit, Ik zegen U voor eeuwig en altijd.Zie ook het lied uit de bundel Opwekking dat wij straks zingen:'k Zegen U Heer, God van hemel en aarde, U bent mijn Vader, liefdevol in goedheid.Wat kan dit betekenen? Het Latijnse woord voor 'zegenen' is 'benedicere', dat is: het goede zeggen, goed van iemand spreken. Vgl. het 'latijnse Nederlands' in psalm 100:3:Gebenedijd zijn grote naam.Als je dat bedenkt, vallen dingen op hun plaats. Want het zegenen van mensen is zo gezien niets anders dan dat je 'iets goeds tegen hen zegt'. Zo staat er in II Samuël 6:20 dat David zijn gezin ging begroeten. Letterlijk staat er: hij ging ze zegenen. Inderdaad: iemand groeten betekent dat je iemand iets goeds toewenst: "Goede morgen!" = Ik wens je toe dat de morgen goed voor jou verloopt. Hetzelfde geldt van afscheid nemen. In II Samuël 19:39 staat dat David Barzillai zegende, waarna deze naar zijn woonplaats terugkeerde. Hier betekent 'zegenen': bij het afscheid iemand iets goeds toewensen. Vgl. ons "Nou, het beste ermee!" Nog een voorbeeld: in II Samuël 8:10 staat dat iemand David gelukwenste met een overwinning. Letterlijk staat er dat hij hem zegende. Ook hier betekent 'zegenen' dat je iets goeds zegt: "Goed zeg! Goed gedaan, David!" En omgekeerd betekent iemand vervloeken, dat je hem iets kwaads toewenst. Vgl. ons woedende "je kunt doodvallen
" Het is zo gezien te begrijpen dat je als mens ook God kunt zegenen. Niet, dat je Hem het beste toewenst, maar wel dat je constateert dat Hij goed is en de dingen goed doet. 'De HEER zegenen' betekent: goed van Hem spreken, Hem prijzen, verklaren dat Hij baruch = zegenrijk is (vgl. de naam Baruch, Jeremia 45:1) Zo staat er in II Samuël 25:32 en 33 dat David achtereenvolgens de Here God, de goede raad die Abigaïl hem gegeven had, en Abigaïl zelf zegende:Gezegend is de HERE, de God van Israël, die u vandaag mij tegemoet gezonden heeft! En gezegend is uw raad. En gezegend bent u, dat u mij vandaag belet hebt bloed te vergieten. (vrij naar de Statenvertaling)Met andere woorden: David constateert dankbaar dat de Heer 'baruch' (=zegenrijk) voor hem was, en dat ook Abigaïls raad en Abigaïl zelf dat voor hem waren. Zo kan een mens God zegenen, Hem prijzen, vanwege een bijzondere ervaring van hulp. Maar ook als die ervaring er niet is heb je reden om God te zegenen. Zo wordt in Exodus 18:10 verteld dat Jetro van de Israëlieten zegt:Gezegend (baruch) zij de HERE, die u verlost heeft uit de hand van de Egyptenaren en uit de hand van de farao. (Statenvertaling)Met andere woorden: Gods verlossing roept Jetro's enthousiaste reactie op: "Goed zeg!" Hij spreekt goed van de HERE! Daarbij denkt hij niet aan wat hij zelf beleefd heeft, maar aan de manier waarop God zich in de geschiedenis kenbaar heeft gemaakt. Zo mogen wij christenen God de Heer zegenen, ook wanneer wij in ons persoonlijk leven een tijd zouden beleven waarin de bijzondere blijken van Gods hulp ontbreken. Immers: er is dan toch de geschiedenis die ons ter ore komt van Gods reddende bemoeienis met ons mensen, de geschiedenis van Christus Jezus. In het geloof verklaart een mens op grond daarvan: "God, U bent een zegenrijke God. Wij willen goed van u spreken!"
Amen
N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.