Preek over Matteüs 24:6-8

2016-12-11 v.m.

Ds. A. van der Dussen

Geboorteweeën

Liturgie:

♪ Zingen en Bidden in Huis en Kerk 441: 1, 5, 10
♪ Psalm 146: 1, 2, 3
Jona 1: 1-3
♪ Zingen en Bidden in huis en kerk 859: 1, 4
Matteüs 4: 23-25; 24: 1-14
♪ Psalm 2: 1
♪ Gezang 63
♪ Hemelhoog 663 – Vader, ik aanbid U
♪ E40 - En de Geest en de bruid zeggen: Kom!

Het einde nabij?

De verschrikkelijke oorlogen in Syrië en Zuid-Sudan; de aardbevingen in Italië en Atjeh; dreigende hongersnood in Midden-Amerika (Nu.nl 8 december 2016) – het is geen wonder dat heel wat christenen zich afvragen, of de wederkomst van Christus misschien op handen is. Het is ook goed dat zij dat doen: het is zaak dat wij letten op de tekenen van de tijd (Matteüs 16:3). Reeds de leerlingen van onze Heer Jezus stelden zich die vraag. Vgl. 24:3:
 
Aan welk teken kunnen we uw komst en de voltooiing van deze wereld herkennen?

Eigenlijk is het een dubbele vraag: die naar de voltooiing van de wereld en die naar de komst van Christus. Ze vroegen het niet voor niets. De Heer had met hen gesproken over de verwoesting van de tempel, 24:2. Daarmee had Hij iets aangekondigd dat even schokkend was als voor ons de verwoesting van de Twin Towers op 11 september 2001. Het zijn allebei zulke ingrijpende gebeurtenissen, dat de wereld dan als het ware schudt op zijn grondvesten. Ze roepen het gevoel op, dat we op weg zijn naar het eind van de wereld. Maar wanneer zal het zijn? Dat is wat Jezus’ leerlingen Hem vragen, en het is veelzeggend dat Hij er een uitvoerig antwoord op geeft.

Angst en hoop

Het eind van de wereld: dat is een spannend onderwerp, dat een angstige kant heeft, en ook een hoopvolle. Angstig is de reeks rampen waar we kennelijk doorheen moeten voordat de wereld vernieuwd wordt. Hoopvol is, dat de geschiedenis van de wereld niet uitloopt op een totale vernietiging, maar op de glorieuze komst van onze Heer. Beiden, ‘angst’ en ‘hoop’, zitten in het woord ‘weeën’, Matteüs 24:8. Dat duidt namelijk op geboorteweeën: het persen van een vrouw die een kind gaat baren, vgl. 1 Thessalonicenzen 5:3. Het is een beeldende uitdrukking. We leven toe naar de komst van nieuw leven. Maar het is een angstig avontuur, voor het zover is…. Vergelijk de manier waarop Christus zelf deze beeldspraak gebruikte:
 
Ook een vrouw die baart heeft het zwaar als haar tijd gekomen is, maar wanneer haar kind geboren is, herinnert ze zich de pijn niet meer, omdat ze blij is dat een mens ter wereld is gekomen. (Johannes 16:21)

In Matteüs 24 wordt het beeld toegepast op de wereldgeschiedenis. Hoopvol is, dat er een geheel nieuwe schepping aan het doorbreken is! Maar er moet heftig geperst worden, en dat kan angst oproepen…  In deze preek ga ik ga beide kanten belichten, waarbij ik u aanspoor om zo te luisteren dat de boodschap iets goeds te weeg brengt bij u. Ben jij geneigd onbezorgd en oppervlakkig te leven? Laat dan vanmorgen het ‘angstige’ eens goed tot je doordringen, zo dat je de christelijke toekomstverwachting niet roziger inkleurt dan zij is. Sta jij bekommerd in het leven? Zet dan je oren vooral open als het vrolijke perspectief van de geboorte aan de orde is!
 

I DE WEEËN

De geboorteweeën duren lang

Eerst iets over de zwarigheid die we te verwachten hebben op weg naar de voltooiing van de wereld en de komst van Christus. Over die oorlogen en hongersnoden en aardbevingen zegt de Heer:
 
Dat alles is het begin van de weeën. Daarmee is het einde nog niet gekomen. (24:6,8)

Daarmee tempert hij de koorts van de eindtijdverwachting:
 
Laat dat je niet verontrusten. (24:6)

Natuurlijk bedoelt Hij niet dat oorlogen ons koud zullen laten. Daarvoor zijn ze veel te afschuwelijk. Hij beoogt, dat wij al dat verschrikkelijke incalculeren. Het hoort erbij, bij de botsing van de nieuwe op de oude wereld. Zonder persen gaat het niet. Die dingen moeten gebeuren, 24:6. Als ze gebeuren, is dat dan ook niet iets ongehoords, dat we in verband dienen te brengen met het allesbeslissende einde. Nee, hongersnoden, oorlogen en aardbevingen zijn van alle tijden. Ook vorige generaties wisten er alles van. Wat er nu gebeurt is heel erg, maar niet nieuw. Het zijn zeker de geboorteweeën, maar nog lang niet het einde daarvan. Het is nog maar het begin. Stel je er maar op in, dat het koninkrijk van God door een oneindig lange reeks weeën heen moet. En dus: laat je er niet door uit het veld slaan. Verlies niet je geloof, maar wees weerbaar. Zie vers 13.
 
Wie standhoudt tot het einde, zal gered worden.

Er is veel volharding nodig om die lange reeks weeën te doorstaan. Zonder volharding gaat het niet in het geloof!

Het bekoelen van de liefde

Daar komt nog iets bij. We moeten ons er óók op instellen dat het in de kerk verschrikkelijk kan rommelen. Zie 24:9,10:
 
Dan zal men jullie onderdrukken en doden, en jullie zullen door alle volken worden gehaat omwille van mijn nam. Velen zullen dan ten val komen, ze zullen elkaar verraden, en elkaar haten.

Ik vraag nu  niet zozeer uw aandacht voor die christenvervolging, als wel voor het effect daarvan op het gemeentelijk leven. Onder de druk van de vijandige buitenwereld  zullen zich binnen de christelijke gemeente verschrikkelijke taferelen afspelen van onderlinge haat en verraad. Denkbeeldig? Helaas niet. Toen sommige Romeinse keizers de christenen genadeloos vervolgden, was inderdaad soms het effect dat gelovigen voor de druk bezweken en geloofsgenoten aangaven bij de vijand. Christus’ gemeente is niet immuun voor zulk gedrag. Denk ook maar aan wat er bij de genocide in Rwanda in 1994 gebeurde. Toen Hutu’s en Tutsi elkaar in dat Afrikaanse land  te lijf gingen, stonden ook broeders en zusters in Christus elkaar naar het leven. Verschrikkelijk. Dichterbij huis ligt wat Christus zegt over het ‘bekoelen’ van de liefde, 24:12. Daar hebben ook wij in de kerk soms ervaring mee. Zomaar ineens kan de sfeer kil worden en kunnen over en weer mensen elkaar van hun hardste kant laten zien. Besef hoe ernstig het is. Want de wet van God draait om de liefde tot God en de liefde tot de naaste (22:37-39). Dus het hart wordt uit de kerk weggesneden als de liefde bekoelt. Dat is ook een soort aardbeving. Het behoort tot de geboorteweeën: de komst van die nieuwe wereld wordt dodelijk bedreigd, óók in de kerk. En weer komen we uit bij vers 13:
 
Wie standhoudt tot het einde, zal gered worden.

Zonder uithoudingsvermogen red je het niet, ook niet in de kerk. Heb niet een romantisch beeld van de gemeente van Christus. Stel je verwachtingspatroon indien nodig naar beneden bij. En als de gemeente op een kwade dag ineens niet meer lijkt op wat zij zou moeten zijn, haak dan niet te snel af, Het zou goed zijn als wij ook dat  zouden incalculeren, op weg naar de komst van Christus. Standhouden is het parool, ook in de kerk.
 

II DE GEBOORTE

Hoopvol

En dan toch vers 14:
 
In de hele wereld zal het goede nieuws over het Koninkrijk verkondigd worden.

Christus grijpt hier terug op 4:23-25, waar bericht wordt dat Hij zélf het goede nieuws van het koninkrijk verkondigde. Hij schuift als het ware het gordijn open en kondigt de machtige aanwezigheid van God af: “Mensen, let op: mijn Vader staat op het punt het toneel te betreden en de touwtjes in handen te nemen!” Als illustratie daarbij verricht de Heer genezingen. Gods nieuwe wereld begint door te breken! In Matteüs 4 staat dat Jezus de komst van Gods afkondigt in Galilea, en dat het nieuws daarover zich vervolgens verspreidde in heel Syrië. Wat in Matteüs 24:14 staat mag gelezen worden als de belofte, dat dit optreden van Jezus een wereldwijde voortzetting krijgt:
 
In de hele wereld zal het goede nieuws over het Koninkrijk verkondigd worden.

Indrukwekkend is dit. In alle hoeken en gaten van de wereld wordt het gordijn opengeschoven, en aan alle volken wordt de getuigeverklaring afgelegd dat God klaar staat om heilzaam in te grijpen. Het ‘pas’  van de NBV is misleidend. Dit woordje staat niet in de originele tekst. De vertalers hebben het ingevoegd met de kennelijke bedoeling, om duidelijk te maken dat éérst het goede nieuws verspreid moet worden, en dat dan daarna de wereld voltooid zal worden. Maar daarmee leggen zij een accent dat afleidt van de zaak. Het gaat er niet om dat dit ‘eerst’  moet gebeuren, maar dát het gebeurt. Het feit als zodanig is opzienbarend, dat Jezus’ afkondiging van Gods  koninkrijk een voortzetting krijgt over de hele wereld. De geschiedenis staat niet alleen in het teken van rampen – door de eeuwen heen is er ook de opmars van Gods Koninkrijk! Tot in de verste uithoeken wordt de aanstaande heerschappij van onze Goede God afgekondigd. Machtige tekenen en wonderen illustreren die boodschap. En niets of niemand kan het tegen houden! Zo, op deze manier, wordt de blijde geboorte van een nieuwe wereld aangekondigd. Dit is de reden waarom de vreugde om de geboorte het mag winnen van de angst voor de weeën. Daarom: wees realistisch, maar vooral ook hoopvol. De verschijning van Christus in deze wereld, en de roep over Hem die maar doorgaat en doorgaat, die geeft ons grond onder de voeten om de voltooiing van de wereld met blijde verwachting tegemoet te zien. Amen.

N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.