Preek over Lucas 10:33-35
2014-06-01 v.m.
Ds. A. van der Dussen
De barmhartigheid van de Samaritaan
Liturgie:
♪ E135 – Met vreugde zal ik tot U zingen, Heer
♪ Psalm 118: 1
Lucas 10: 25-37
♪ Gezang 473: 1, 2, 4
♪ Psalm 112: 3
♪ Gezang 536- Hoe lieflijk zijn de voeten van de bode
♪ : Zululied
Wat de Samaritaan doet
De boodschap van de gelijkenis van de Samaritaan is duidelijk: Jezus wil dat wij net zo doen als de Samaritaan.
Doet u voortaan net zo. (vers 37)
Dat nodigt uit om nog eens nauwkeuriger te lezen. Wat doet hij precies? Wat doet hij anders dan die andere twee?
- Ten eerste: hij kreeg medelijden. Dat was dus niet zozeer actie. Hij raakte bewogen. Hij was gevoelig voor wat hij aan ellende zag. Apart is dat Lucas het woord ‘medelijden krijgen’ verder alleen nog gebruikt voor Jezus zelf en voor de vader in de gelijkenis van de verloren zoon. Jezus werd door medelijden bewogen toen Hij de vrouw in Naïn zag die haar zoon ging begraven, 7:13. En de vader in de gelijkenis kreeg medelijden toen hij zijn zoon zag aankomen, 15:20. Het lijkt erop dat Jezus wil zeggen: “Ik herken in de Samaritaan iets van Mijzelf en van God. Hij heeft een hart.” Zie ook het woord ‘medelijden’ in vers 37. Dat is hetzelfde woord als wat in 1:50,54,72,78 gebruikt wordt voor Gods ‘barmhartigheid’. Zoals God barmhartig is, zo is ook de Samaritaan het.
- Vanuit die bewogenheid handelt de Samaritaan. Hij gaat naar de gewonde man toe. Dat is moedig. Je moet weerstand overwinnen om dichtbij iemand te komen die er beroerd aan toe is. Soms zegt iemand wel eens tegen mij: “Ik weet niet of je bij me op bezoek moet komen. Ik kan onmogelijk gezellig zijn.” Daaruit spreekt de ervaring dat mensen het moeilijk vinden om bij je te komen als je alleen maar ellende hebt te tonen. De Samaritaan gaat toch. Hij is bewogen. Zal hij, dichtbij komend, geen vliegen op de bloederige wonden van de man hebben zien afkomen? Zal hij geen walging hebben moeten onderdrukken? Jezus zegt er niets over. Hij vertelt alleen dat hij gaat.
- Dan, ten derde: hij giet olie en wijn over zijn wonden. Hij gaat aan de slag. Zorgzaam. Heel praktisch. Ja, soms moet je alleen maar heel praktisch zijn.
- Vervolgens, ten vierde, zet hij hem op zijn eigen rijdier, en brengt hij hem naar een logement waar hij voor hem zorgt. Wat? Neemt hij zelf de verzorging op zich? Heeft hij daar tijd voor? Die vraag wordt niet gesteld. Natuurlijk gooit dit zijn hele programma omver. Daar zat hij niet op te wachten! Maar hij doet het. Hij blijft er slapen. Nou ja – slapen? Hij brengt er de nacht door, samen met de gewonde.
- Ten vijfde: de Samaritaan geeft geld aan de herbergier om de zorg van hem over te nemen. Twee denarie: twee maal een dagloon. Zes procent van zijn maandsalaris. Reken maar uit hoeveel dat is: Vijftig euro? Honderd euro? Meer? Voor een wildvreemde?!
- Ten slotte: hij belooft terug te komen en nog meer te betalen als het nodig is.
Dat alles doet de barmhartige Samaritaan. Jezus zegt: “Doet u dan voortaan net zo.” Want dit is: je naaste liefhebben als jezelf, vers 27b. Dat is wat God u en jou vraagt.
Het gelijk van de baas van Google
Soms zou je willen dat de maatschappij nog net zo eenvoudig in elkaar stak als toen. Als wij willen helpen, loopt het altijd via een organisatie. Soms is alles wat je kunt doen een bedrag overmaken. En altijd is er de waarschuwing: “Kijk uit dat je niet wordt beet genomen! Mensen kunnen enorm misbruik maken van je goedwillendheid.” En toch – ook wij, in de ingewikkelde maatschappij waarin we leven, hebben mogelijkheden om te doen wat de Samaritaan deed. In het Open Huis van de Catharinakerk bijvoorbeeld. Of in het kader van het project ‘Oekraïne’ van de jongeren. En dan kunnen we er ook nog wat aan doen om de maatschappij iets minder ingewikkeld te maken. De baas van Google heeft mensen opgeroepen om per dag 1 uur hun smartphone uit te zetten. Ik val hem bij. Te vaak hoor ik van opa’s en oma’s dat ze blij zijn als hun kleinkinderen komen, maar er vaak de teleurstelling aan overhouden dat het contact verstoord wordt doordat de jongeren alleen nog maar aandacht hebben voor hun smartphone… Doen wat de Samaritaan deed houdt ook in: de ander zien en contact maken.
Aan de bron
In elk geval zal Jezus geen excuus aanvaarden als wij Hem komen vertellen dat wij geen kans zagen het voorbeeld van de Samaritaan na te volgen. Op weinig plekken in het evangelie heeft Hij zo duidelijk gemaakt dat het in het christelijk leven op doen aankomt als hier. De geloofsbelijdenis van de Samaritaan was niet in orde. Die van de priester en de Leviet wel. Toch stelt Jezus de eerste ons ten voorbeeld. Is het dan niet belangrijk wát je gelooft? En dát je gelooft? Er zijn wel mensen die die conclusie getrokken hebben. Zij vinden het niet meer nodig om naar de kerk te gaan. Het komt immers op christelijke actie aan! Toch? Dat Jezus die kant niet uitgaat blijkt alleen al hieruit, dat hij meteen nadat hij dit verhaal verteld heeft het opneemt voor een vrouw die aan zijn voeten zit om zijn woorden in te drinken, en afstand neemt tot haar zus die druk is met van alles en nog wat. Zie Lucas 10:38-42. Eigenaardig is dat. Eerst zegt Jezus: “Het komt op doen aan.” Dan zegt Hij: “Het komt op luisteren aan.” Wie snapt het nog? Ach, lezen in de Bijbel vraagt om geduld. Je moet er langzaam in groeien, in de Bijbelse boodschap. Zou Jezus niet bedoelen dat het een niet gaat zonder het ander? In 10:38-42 roept Hij ons op om steeds weer de bron op te zoeken en om zijn leerling te worden. In 10:30-37 roept Hij ons op om als zijn leerling te handelen. Waarom naar de kerk gaan, en aan de voeten van Jezus gaan zitten en heel aandachtig luisteren naar zijn boodschap? Om onder de indruk te komen van de barmhartigheid van God! Want als je gelaafd wordt aan de bron, doordrongen raakt van wie God is en wie Jezus is, dan gaat dát je leven omgooien. Dan stroomt Gods barmhartigheid door tot in jouw eigen leven. Dan raakt Jezus je zo aan, dat zijn bewogenheid op jou overslaat.
Zuid-Afrika
Straks krijgen wij een presentatie te zien van een deputatie die in Nederland op bezoek is vanuit de kerken in Zuid-Afrika waarmee wij verbonden zijn. Wat in die presentatie zo bijzonder is, is dat het er allebei in zit: het doen en het luisteren naar het evangelie. Aan de ene kant zijn de jonge kerken in Zuid-Afrika koortsachtig bezig de mensen toe te roepen naar de bron. “Kom zitten aan de voeten van de Heer! Luister naar het evangelie! Lees Bijbel! Volg catechisatie!” Aan de andere kant komen zij – aangestuurd door de zendelingen – in beweging. Zij helpen al die mensen die het slachtoffer zijn van de vreselijke ziekte AIDS. Zij doen aan preventie. Zij leren mensen boeren, en naaien, en formulieren invullen. Zij doen wat de Samaritaan deed. Het is ontroerend. Lang geleden gingen Nederlandse dominees naar Zuid-Afrika om er het evangelie te brengen. Het was zendingswerk in de ouderwetse zin van het woord. Het waren pioniers die nergens op terug konden vallen, die aan de slag gingen in een gebied dat nog niet bereikt was met het evangelie. Nu, zo’n vijftig jaar later, zijn er tientallen jonge kerken. Die oefenen diepe invloed uit, ook op het maatschappelijk leven. Het vloeien van de bron heeft gewerkt. Er zijn Samaritanen aan de slag gegaan in dat arme district van het grote Zuid-Afrika. Straks zien we er beelden van. Is het niet een wonder? Die jonge zwarte kerken hebben het begrepen. De boodschap van Jezus’ verhaal van de barmhartige Samaritaan is glashelder. “Doet u voortaan net zo.”
Amen.
N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.