Preek over Jeremia 18:12

2013-06-16 v.m.

Ds. A. van der Dussen

Zoals klei in de hand van de pottenbakker.

Liturgie:

♪ E129 – Licht en wijsheid
♪ E128 – Laudate omnes gentes
Jeremia 18: 1-15
♪ E199 – Zoals klei in de hand van de pottenbakker
♪ Gezang 9: 2, 10
♪ E16 – Create in me a clean heart
♪ Psalm 146: 1, 2, 3

Een vraag die de moeite waard is

Gaat jouw leven lukken of niet? Dat is de vraag vanmorgen. Jeremia krijgt namelijk de opdracht om in de werkplaats van een pottenbakker te bekijken hoe sommige potten lukken en andere niet. Met die waarneming moet hij terug naar Israël: de mensen van Gods volk zijn als klei in de hand van de pottenbakker. God is met ons bezig zoals de pottenbakker in zijn werkplaats. Vandaar die vraag: gaat ons leven lukken, of niet? Alleen deze vraag al is de moeite waard. Veel mensen vragen zich tegenwoordig alleen nog maar af of ze een leuk, een aangenaam leven zullen krijgen. Bijbels gesproken is dat beslist te weinig. Jongeren die deze week voor hun examen geslaagd zijn staan voor de uitdagende opgave om zó’n weg in te slaan dat God later kan zeggen: “Jij hebt een geslaagd leven geleid.” Ja, want het tegenovergestelde kan ook: dat God aan het eind van je leven constateert dat je leven mislukt is.

Geslaagd in Gods ogen

Je hoort het goed: het gaat over de conclusie die God trekt. Het is de pottenbakker die beoordeelt of een pot gelukt is, niet de klei. Misschien denk jij heel mismoedig dat jouw leven mislukt. Maar doorslaggevend is hoe God ertegenaan kijkt. Daarbij is van belang dat God andere maatstaven aanlegt dan wij. Wat stellen mensen zich voor bij een geslaagd leven? Wat vaak voorbij komt is dit: een mooie baan waarmee je eer inlegt en invloed uitoefent; een leuk gezin; veel van de wereld zien. En dus is je leven niet geslaagd als je door ziekte of handicap gehinderd bent in je loopbaan, of van een ww-uitkering leeft, of als je geen gezin gesticht hebt, of wanneer je als vluchteling in een kamp terecht komt. Maar als dat waar zou zijn, dan zijn er maar heel weinig levens van mensen ‘geslaagd’. In Jeremia 18 wordt duidelijk dat God andere maatstaven aanlegt. Wanneer is de pot mislukt? Als mensen niet luisteren naar Hem en doen wat kwaad is in zijn ogen, vers 10. Daarom is Hij zo ontevreden over het volk Israël: dat heeft Hem vergeten, vers 10 – denk aan mijn preek over psalm 106 op de avondmaalszondag in april. Werkelijk, dit is het enige waarin God de Heer geïnteresseerd is: of de vrucht van de Geest in ons leven te vinden is. Anders gezegd: of ons leven de kwaliteit van de eeuwigheid heeft. Zo gezien kun je een geslaagd leven leiden als je, maatschappelijk, gesproken een sukkel bent. En zo gezien kan je leven mislukken ook al is het, maatschappelijk gesproken, geslaagd. Laten wij daarom van Jeremia 18 opsteken dat het weinig uitmaakt of je je vmbo-examen met de hakken over de sloot gehaald hebt, dan wel zonder enige moeite kunt doorstromen naar de universiteit. Ben je een gevierd zakenman, of ben je er een van twaalf ambachten dertien ongelukken? Het is allemaal betrekkelijk. Het gaat erom dat je een leven leidt dat geslaagd is in Gods ogen en dat je dus, met welke opleiding of carrière ook, een Geestelijk mens bent.

Christus voor ons gestorven

Nu zit er onmiskenbaar dreiging in dit Bijbelgedeelte. Die pottenbakker is onverbiddelijk. Een pot die niet deugt gaat eraan. Zo zegt de HEER ook: “Als jullie niet deugen, stop ik met jullie.” Van die dreiging kan een heilzame schrik uitgaan. Voor zelfgenoegzaamheid en gearriveerdheid laat deze profetie geen ruimte, en dat is alleen maar goed. Ze kan echter ook angstig maken. Christenen die de dingen nauw nemen kunnen in onzekerheid terecht komen. Immers: wie deugt er nu echt? Wie is nu werkelijk een Geestelijk mens? We zijn toch geen heiligen? Het zou naar zijn als Jeremia 18 alleen maar die onzekerheid bewerkt. Daarom wijs ik op twee dingen. Het eerste is, dat hier telt dat Christus voor ons gestorven is. Je zou kunnen zeggen: in de kruisiging zie je de pottenbakker aan het werk, als hij teleurgesteld een mislukte pot wegvaagt. Het sterven van Christus als een vervloekte aan het kruis betekent: de bezegeling van het fiasco ‘mens’. Daar maakt God met onze mislukking korte metten. Werkelijk, daar leven wij van. Dat gaan wij volgende week weer vieren. Avondmaal vieren houdt in, dat je zelf instemt met dat oordeel: “Ja, Here God, neem maar afscheid van mijn mislukkingen. Aan die oude mens van mij hebt u niets.” Maar dan moet je er ook daarna over ophouden. Christus is voor ons gestorven. Met de mislukking in u is het gedaan. Zo gezien spoort Jeremia 18 ons aan om moedig te geloven dat het zo goed is. Naarmate wij meer vrezen dat wij niet deugen in Gods ogen, is het goed om des te vastberadener te eten en te drinken van zijn offer.

Leven door de Geest

Maar er is nog een tweede. Wat heeft God nu precies tegen op zijn volk? Dat het zo massief is in zijn eigenzinnigheid. Het komt niet in het hoofd van de Israëlieten op om zich af te vragen of ze wel op de goede weg zijn. Geen ogenblik spreekt hun geweten. Als de HEER ze oproept hun leven te beteren zullen ze antwoorden:

“Laat ons begaan, we willen onze eigen plannen volgen.” Ze zullen zeggen dat ze zich alleen willen laten leiden door hun koppig en boosaardig hart.

Dat is nogal wat. De HEER is er verbijsterd over. Hij vraagt de volken of ze ooit zo iets hebben mee gemaakt. Heb je ooit de top van de Mont Blanc zonder sneeuw gezien? (vgl. 18:14) Natuurlijk niet; dat is onbestaanbaar. Even onbestaanbaar is zo’n massieve afwending van God als Israël te zien geeft. En toch is dat de werkelijkheid. De HEER kan er niet over uit. Met dit volk is niets te beginnen. Wat Hij hóópt, is dat mensen gevoelig zijn voor de les van de pottenbakker, en dat ze tot verandering bereid zijn, vers 8. Je leven mislukt als je net als Israël onverbeterlijk bent, en je totaal en massief afsluit voor God. Ja, als wij opgesloten raken in onszelf, en ons alleen maar laten leiden door ons koppig en boosaardig hart – dan ziet het er somber voor ons uit. Laat mij u daarom dit vragen: dat u af en toe ontevreden bent over u zelf. Dat u uzelf af en toe tot de orde roept en weer in gebed gaat. Dat u open staat voor kritiek: kritiek van uw dierbaren, of van een collega, of van een broeder of zuster. Dat je de daad bij het woord voegt en weer trouwer de Bijbel gaat lezen, en naar de kerk gaat. God wil beweging zien in ons leven. Met gearriveerdheid kan Hij niets. Mensen die daarentegen op weg zijn en zoeken en tasten naar zijn werkelijkheid – dat zijn mensen naar zijn hart. Calvijn heeft gezegd: karakteristiek voor de wedergeboorte is dat er strijd komt tussen de Geest en het vlees. Dat is mooi en pastoraal opgemerkt. ‘Een Geestelijk mens’ zijn betekent niet dat je alleen maar overwinningen behaalt. Het houdt in dat je je door de Geest de strijd aanbindt met verkeerde gewoontes en je gaat uitstrekken naar een leven met de kwaliteit van de eeuwigheid. Wanneer wij door die Geest leven is ons leven geslaagd in Gods ogen. Amen.

N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.