Preek over Genesis 33:1-17

2004-12-19 v.m.

Ds. A. van der Dussen

Vrede op aarde

Liturgie:

♪ Gezang 127: 1, 2
♪ Psalm 143: 2
♪ Gezang 124: 1, 4
♪ Gezang 364
♪ Psalm 103: 3

1. Verzoening

Indrukwekkend, dit verhaal over verzoening. Tot het laatst houdt de verteller de spanning erin. Zal Esau Jakob sparen? Of loopt het op een moordpartij uit en heeft Jakob terecht zijn lieveling Rachel helemaal achter in de karavaan geplaatst zodat in elk geval zij nog kan ontsnappen? Dat had gekund. In onze wereld is normaler dat vetes doorwoekeren dan dat partijen vrede sluiten. Stel je eens voor dat de Palestijnen en Israël elkaar zo om de hals zouden vallen, of de Russen en de Tsjetsjenen. Helaas, fantasie. En toch - dáártoe is Jezus nu gekomen, om verzoening tot stand te brengen. Kijk naar de Avondmaalstafel. Die beeldt verzoening uit, tussen mensen en God en tussen mensen onder elkaar. Het lijkt alsof we met Genesis 33 uit de toon vallen van de adventsweken, maar dat is niet zo. Hiertoe is Jezus gekomen: om verzoening te bewerkstelligen. Dit is: vrede op aarde.

2. Jakob

Het is niet vanzelf gegaan, deze verzoening. Zowel Jakob als Esau is veranderd in de tijd dat ze elkaar niet gezien hebben. Het was een lange tijd en God heeft die nodig gehad. Verzoening heeft tijd nodig. Soms is het goed om afstand te nemen tot de ander, die ander een hele tijd niet te zien. Voldoende afstand en voldoende tijd kunnen door God gebruikt worden om mensen tot vrede te brengen. Jakob is door God tot een ander mens gemaakt. Zie hem hier zeven maal knielen voor zijn broer. Dat is het eerbetoon voor een vorst. We kennen Jakob niet terug. Dit is nu de man die Esau zijn eerstgeboorterecht ontstolen heeft en de zegen voor zijn neus weggekaapt! Er is niets van over. Hij zet de zaken nu niet meer naar zijn hand. Hij heeft nu alles uit handen gegeven, eerst aan God (Pniël) en nu ook aan Esau. Hij heeft nog geprobeerd het met een offer te redden, vs. 8. Maar zelfs dat offer is niet nodig. De tijd van het gemanipuleer is voorgoed voorbij; Jakob leeft nu enkel en alleen van Esaus welwillendheid, net zoals hij van Gods welwillendheid leeft! Vgl. vs. 10, waar Jakob Esau op één lijn met God ziet. Inderdaad: de verzoening met God moet uitwerken in verzoening onder elkaar. Het is niet genoeg dat God hem genadig is. Nu moet ook Esau hem genadig zijn.

3. Esau

Esau is Jakob genadig. Hij zegt 'broer' tegen hem, vs. 9. Dat is eigenlijk een wonder. Denk eens terug aan de wanhoop van Esau en aan zijn woede, na het bedrog aan Isaäks ziekbed. Dit is een andere Esau, een grootmoedige Esau, wiens wond kennelijk geheeld is. Hoe precies? Dat wordt niet verteld. Maar veelzeggend is dat Esau zich rijk weet, vs. 9. Esau is op een of andere manier een tevreden mens, verzoend met zichzelf, niet gefrustreerd. Dat blijkt ook daaruit dat hij zijn gebied gevonden heeft in Seïr, vs. 16. Dat is niet het beloofde land. Het is alsof Esau het goed vindt dat Jakob in het land van Abraham gaat wonen en hij niet. Zo kan Esau Jakob genadig zijn, vanuit een eigen ervaring van volheid.

4. Genade

Zo gaat verzoening in zijn werk. De een vraagt om genade. De ander bewijst genade. Het gebeurt aan deze tafel, oog in oog met de genade in Christus. Die genade is niet te kopen, zelfs niet met een offer. Voor het offer – zorgt God zelf. Wij hebben slechts te ontvangen. Wij leven van Gods welwillendheid en van Christus' dienstvaardigheid. Daarom is het zaak om de mogelijkheid van verzoening niet uit te sluiten. Zeker, soms gaat aan verzoening vooraf dat twistende partijen afstand tot elkaar nemen, van elkaar scheiden. Soms kost het veel tijd voor verzoening tot stand kan komen. Maar blijf er op bedacht. Hiertoe is Christus gekomen. Hij heeft gewerkt aan vrede op aarde. Af en toe licht die ineens op. Toen bij Jakob en Esau, nu bij ons aan de avondmaalstafel.

Amen

N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. van der Dussen een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.