Preek over 1 Korintiërs 14:1-25

2001-07-29 v.m.

Ds. M. de Jong

Streven naar profetie

Liturgie:

Geliefden in onze Here Jezus Christus. Wat de apostel Paulus te zeggen heeft over de uitingen van de Geest is over zijn hoogtepunt heen. Hij daalt in dit veertiende hoofdstuk als het ware weer van de berg af. De weg die je het meest ver brengt, die van de liefde, hebben we gehad. Nu moet Paulus in het kader van de uitingen van de Geest, nog even een paar zaken aanstippen. In de gemeente van Korinthe streeft men naar de gaven van de Geest. Er blijkt daar vooral veel vraag naar de gave van de tongen(taal). Tongentaal is voor hen dé gave van de Geest. Juist in deze gave zien ze de Geest aan het werk. Van alle andere gaven zou je nog kunnen denken dat het mensenwerk is, bij tongentaal niet. Daarbij verliest een mens zo duidelijk de controle over de gang van zaken, dat dat alleen maar van de Geest kan komen. Wie in tongen spreekt, die heeft de Geest pas echt. En zo staan de tongen boven aan het verlanglijstje van de meeste gemeenteleden in Korinthe. Paulus is op dit punt meer terughoudend. Voor hem heeft de gave van profetie de voorkeur. Die gave zou wat Paulus betreft bovenaan moeten staan. En dat mag in onze tijd ook weer gezegd worden. In 1 Kor.14 worden we uitgenodigd te streven naar profetie. We luisteren naar dit hoofdstuk onder het thema: streven naar profetie. Twee punten zullen daarbij onze aandacht hebben. Paulus uitnodiging om volwassen te zijn in het verstand. Daarnaast zijn oproep om kind te zijn in het kwaad. Die twee punten dragen het streven naar profetie. In vers 20 schrijft roept Paulus op om volwassen te zijn in het verstand. In dat vers trekt Paulus een soort (voorlopige) conclusie uit het voorgaande. Daarin heeft hij de profetie en de tongen naast elkaar gezet en met elkaar vergeleken. Laten we eerst eens kijken wat Paulus met die twee genadegaven nu precies bedoelt. (tijdens de dienst heb ik hierbij gebruik gemaakt van de overheadprojector met een sheet met daarop de tekst die hieronder staat.) tong profetie een vorm van gebed een woord van vermaan gericht op God bedoeld voor mensen in vreemde taal in gewone taal van betekenis voor jezelf van belang voor gemeente teken voor ongelovigen boodschap voor gelovigen wartaal voor niet-leden getuigenis voor niet-ledenSpreken in tongen is spreken met Geest. En dat blijkt een vorm van bidden te zijn. Dat lezen we tenminste in de vers 15-17. Wie in tongen spreekt is aan het bidden, lofprijzen, en dankzeggen. Daarop sluit aan wat we in vers 2 lezen. Daarin ontdekken we dat het spreken in tongen op God gericht is. Wat later in vers 15 en 16 nog eens wordt bevestigd. In de derde plaats leert vers 2 ons dat wie in een tong spreekt in geheimenissen spreekt. Het is als een vreemde taal, onbegrijpelijk voor iedereen die het hoort. Buitenstaanders geeft het zelfs de indruk van wartaal, zo zegt vers 23. Van wat gezegd wordt, heeft niemand enige notie. Alleen degenen die de gave van vertalen hebben kunnen van de tongen een zinnig verhaal maken. Je moet je bij het luisteren naar tongen maar voorstellen dat je als Nederlander een Chinees hoort spreken. Zonder vertaling versta je niets van wat hij zegt en begrijp je er ook niets van. Een vierde kenmerk van tongentaal geeft vers 3. Iemand die in tongen spreekt bouwt zichzelf op. Hij of zij heeft er alleen voor zichzelf iets aan. Een ander, een toehoorder, schiet er niets mee op. Het vijfde dat van de tongen gezegd kan worden is dat ze een teken voor de ongelovigen vormen. Dat valt te lezen in vers 22. Nu wordt het woord ongelovigen tweemaal vlak na elkaar gebruikt. Eerst wordt gezegd dat de tongen teken voor de ongelovigen zijn. Later, in vers 23 wordt van diezelfde tongen gezegd dat ze voor ongelovigen wartaal zijn. Het lijkt er op dat deze twee uitspraken niet met elkaar te rijmen zijn. Je kunt je voorstellen dat tongen een teken of wartaal zijn, maar niet beide te gelijk. Aan de andere kant lijkt het onwaarschijnlijk dat hetzelfde woord zo kort na elkaar gebruikt twee verschillende betekenissen heeft. Daarom houden wij het erop dat tongen misschien wel juist door het verwarrende, bijzondere betekenis krijgen voor niet-gelovigen. Tongen zijn een teken, omdat ze op de een of andere manier belangstelling wekken. Maar het blijft wartaal voor de ongelovigen (vers 23). Samenvattend kunnen we zeggen; Wie in tongen spreekt heeft zichzelf niet meer onder controle. Een mens is zo verrukt over Gods heil, dat hij of zij er geen (gewone) woorden meer voor heeft. Bekende woorden voldoen niet meer om God te prijzen en te danken. De Geest neemt het helemaal over. Hij stuurt de tong. Een mens begint te lallen (lalein in het Grieks). Naast het spreken in tongen noemt Paulus hier het profeteren, een spreken met verstand, een vorm van vermaning en bemoediging en onderwijs (zie vers 3). Waar de tong op God gericht is, is de profetie op mensen gericht. De profetie wil opbouwen vermanen en bemoedigen, zo blijkt uit vers 3. Vers 6 voegt daar nog aan toe dat in de weg van profetie de gemeente openbaring, kennis, profetie en onderricht ontvangt. Waar wartaal één van de kenmerken van de tongen is, daar geldt van de profetie dat het om duidelijke klare taal gaat. Dat valt te lezen in vers 24. Vervolgens lezen we in vers 3 van de profetie dat ze de gemeente opbouwt. Ook blijken zowel gelovigen als niet-gelovigen gebaat bij de profetie. Het is een duidelijke boodschap voor de eersten en een helder getuigenis voor de laatsten (vers 22 en 24). Samenvattend kun je daarover zeggen, dat profeteren een spreken met verstand is, een vorm van vermanen, vertroosten, onderwijzen. Kenmerkend is verder dat profeteren op de mens gericht is, duidelijke taal spreekt, de ander, de gemeente, opbouwt en voor gelovigen is bedoeld en voor niet-leden een getuigenis is. Nu stond in Korinthe de tongentaal veel hoger aangeschreven dan de profetie. Paulus is het daarmee niet eens en zou het graag anders zien. Niet de tongentaal is één van de hoogste gaven, wel de profetie. De problemen die tongentaal geeft, worden dan ook breed uitgemeten (vers 6-12). Wat zou de gemeente zelf eraan gehad hebben als Paulus alleen in tongen had gesproken? De tongen worden vergeleken met de klanken van muziekinstrumenten. Zonder verschil in toon weet je niet wat er gespeeld wordt. Een trompetsignaal moet duidelijk zijn, wil een leger tot actie overgaan. Tenslotte noemt hij de veelheid aan klanken die de wereld kent. Bij vreemde klanken blijf je zelf een vreemde. Je raakt niet vertrouwd met wat er gezegd wordt. Ook de spreker komt je niet nader. De apostel geeft daarom de voorkeur aan de profetie. Dat valt expliciet te lezen in vers 5.En ook in vers 19: ...liever vijf woorden met mijn verstand, dan duizend in tongen. Het is voor gelovigen zaak volwassen in het verstand te zijn. Profetie past daar beter bij dan tongentaal. Wel moet gezegd dat tongentaal nergens door Paulus wordt afgewezen. Naast het groot worden in het verstand, vraagt Paulus de gemeente klein te blijven in het kwaad. Die oproep was nodig omdat het in de gemeente van Korinthe juist omgekeerd was. Daar was men volwassen in het kwaad en kind in het verstand. In de gemeente werd grove zonde toegelaten en men was zelfs trots op de ruimte die men elkaar daarin gaf (zie hoofdstuk 5). Daarnaast gedroeg men zich met die bijzondere belangstelling voor tongentaal als kinderen. Want klonken de geluiden van de tongentaal niet als de brabbeltaal, geluidjes van kleine kinderen? Je hoort ze wel "kraaien", maar weet niet wat ze bedoelen. Kinderen hebben gelukkig van veel dingen nog geen weet. Als het gaat om het kwade zou dat wat Paulus betreft, zo moeten blijven. Op dat terrein hoeft een christen zeker niet volwassen te worden. Is het niet prachtig, wanneer je als je 85 bent kunt zeggen: "belastingontduiking wat is dat?" of "Roddel wat bedoel je daarmee?", en "Wantrouwen, waar heb je het over?". Kind in het kwaad en volwassen in het verstand. Die combinatie verwijst voor Paulus naar de profetie. Daarnaar mag, ja moet een gemeente streven. Dan zal men ontdekken dat God in haar midden is.

Amen

N.B. Indien U een preek anders dan voor uzelf wilt gebruiken, stelt ds. de Jong een e-mailbericht aan hem op prijs. Wil hem ook vermelden als bron van de preek.